Heel fijntjes is deze hop-marjolein met bellen die bij een wat oudere plant lang uitgroeien.
De bellen zijn veel kleiner en fijner dan die van 'Kent Beauty' maar uiteindelijk wel langer.
Ze is prima winterhard qua temperatuur; hoe kouder hoe beter. Maar ze staat daarbij wel graag droog.
Een typische bergplant zoals je ze in Turkije en Syrië wel tegenkomt.
Zou er dan toch een Origanum zijn die 'Kent Beauty' na al die jaren overtreft? Ik ben er nog niet helemaal uit. Deze introductie lijkt wat op een soort die we jaren geleden op proef kregen. De hopbellen worden nog roder en ze bloeit heel makkelijk.
Hopmarjoleinen groeien in het wild in de Turkse en Syrische bergen waar het in de winter heel koud wordt. Ze zijn dus uitstekend winterhard maar houden niet van nattigheid. Ze ze op een verhoging of een bak met lemige grond.
Deze zeldzame vorm is vermoedelijk een kruising van O. laevigatum x O. scabrum.
Iets dergelijks zagen we in onze tuin ook al eens ontstaan met O. sipyleum. Vooral de langgerekte 'hopbellen' doen daar aan denken.
We sparen hopmarjoleinen, zoals je inmiddels wel zult hebben begrepen. Ze komen allemaal uit bergachtig gebied in Turkije of Syrië en zijn uitstekend winterhard zo lang ze maar niet te nat staan.
Een supersterke en makkelijke nog vrij onbekende hopmarjolein.
Uitstekend winterhard, probleemloos in de volle grond, maar ook prima in pot.
Heerlijk sterk van geur maar misschien te mooi om te eten.
Een geweldige, welriekende fee.
Een Origanum voor de beestjes en de bloemetjes, rijk en lang bloeiend en goed voer voor nuttige insecten.
We kennen Origanum laevigatum als een soort met wat langgerekte open aren. Bij deze selectie is de bloei veel voller.
Dit is een waardevolle sierplant die zelfs als snijbloem inzetbaar is.
Een subtiel geurtje, maar niet voor je keuken dus.
Deze 'hop-marjolein' bloeit in prachtige roze 'hopbellen'. Ze steekt wat geur betreft, echte oregano naar de kroon. Maar een plant van dergelijke schoonheid eten we natuurlijk niet op. Prima winterhard want haar ouders komen uit de koude Turkse bergen.
Zorg dat deze beauty droog staat. Knip regelmatig terug, dat versterkt de plant en ze kan daardoor wel drie keer per jaar bloeien.
Aanbevolen voor keuken gebruik als het een uitstekend winterharde moet zijn.
Ook zeer geschikt als rijk bloeiende bodembedekker in de volle zon. De geur is bijna zo sterk als die van Origanum majorana, de echte oregano.
De krachtigste marjolein dus.
Heerlijk voor keukengebruik en betrouwbaar vast.
Een sterk geurende en gepeperde oregano met lekker grijs blad.
Niet dus die zoete voor bij de pasta.
De smaak houdt het midden tussen bonenkruid en peper.
Verdraagt strenge vorst veel beter dan vocht.
Een van meest romantische Pioenrozen die bestaan. Een droom van abrikozen genieting met roze raffinement.
Vroeg bloeiend met grote komvormige bloemen en uiteindelijk verbloeiend naar licht geel.
(Introductie 1981, winner Wissing-Klehm).
Een van de makkelijkste boompioenen. De bloemen geuren heerlijk. De struik heeft een ruige vorm.
De enige Pioen die zich ook op zandgrond nog redt.
Omdat ze gezaaid worden kan de kleur van de bloemen variëren. Sommige exemplaren bloeien geel of warm oranje terra cotta.
Waarschijnlijk de meest legendarische pioen ooit sinds 'Rock's Variety'.
Een kruising tussen boom- en kruidachtige pioen.
De bloemen zijn zo'n 20 cm in doorsnede, maar hebben vanwege houtige stelen geen steun nodig. Ze is zeer rijk bloeiend en heeft een lekkere lichte geur.
Het blad blijft tot diep in de herfst fris om daarna met geweldige herfstkleuren een einde te vinden.
In 1948 kwam Toichi Itoh uit Tokio op het lumineuze idee om stuifmeel van de kruidachtige Paeonia lactiflora 'Alice Harding' te gebruiken om er de Japanse boompioen 'Katoden' mee te bestuiven. Zo ontstond de fantastische intersectionele kruisingsreeks met boompioen blad en half-houtige stengels.
Ze blijven veel lager dan boompioenen en hebben vaak half gevulde bloemen in heerlijke kleuren.
Itoh's zijn kruisingen van kruidachtige pioenen met boompioenen. Ze verhouten maar blijven redelijk laag en vertakken voornamelijk aan de grond.
De bijzondere 'Canary Brilliants' werd in 1999 geselecteerd door Roger Anderson. In knop zijn ze crèmekleurig, langzaam verkleuren ze via geel naar oranjeroze. De bloemen zijn goed aankijkend en staan boven het blad.
Inderdaad, een juweeltje.
De Japanse professor Itoh was de eerste die het lukte boompioenen te kruisen met kruidachtige. Deze types staan genetisch ver van elkaar, ze behoren tot verschillende secties. De takken zijn halfverhout en de plant vormt een lage statige struik.
Roger Anderson deed het kunstje van Itoh in 1986 na en kwam zo tot deze. De kleur verloopt van zuiverwit naar diep roze-rood in het hart van de semi dubbele bloem. Ze zijn uitstekend winterhard, traag groeiend maar zeer lang levend.
Intersectionele hybride tussen een boompioen en een kruidachtige soort.
Deze kleur is in deze groep zeer bijzonder en maakt haar tot een kostbare zeldzaamheid.
Naarmate de wortels krachtiger worden worden de bloemen ieder jaar voller. Ze vormt een mooie compacte struik die geen ondersteuning nodig heeft.
De half houtige 'Julia Rose' begint kersroze en verkleurt langzaam via abrikoos oranje naar geel. Op de struik geeft dit een bijzonder tweekleurig effect.
Ze geurt helaas maar weinig of niet. In de vaas doet ze het uitstekend.
Vroeg bloeiend.
Itoh pioenen zijn kruisingen van kruidachtige pioenen met boompioenen.
Toichi Itoh was de eerste die dat voor elkaar kreeg.
'Pastel Splendor' werd eind jaren 80 geselecteerd door Bill Seidl uit gekregen zaad. Het is een zeer groeikrachtige plant, rijk bloeiend met halfgevulde bloemen met een goed gevuld hart.
Een plezierplant.
'Pink Ardour' is een intersectionele hybride, een kruising tussen een boompioen en een kruidachtige pioen. Deze pioenen blijven vrij laag en compact en verhouten gedeeltelijk. Ze maken elk jaar meer stengels vanuit de grond en zijn zeer standvastig.
Hun kleuren zijn fenomenaal.
Deze 'kom van schoonheid' is een half gevulde kruidachtige cultivar, vroeg en rijk bloeiend roze met een opvallend hart.
Japans type heet dat.
Het krachtige roze wordt geblust door het crème gele hart.
Deze wordt veel geteeld als snijbloem, mede vanwege de stevige stelen. Voor de zekerheid liefst wel wat steun geven.
Zoet van geur.
Het is een in Nederland gevonden kruising van 'Bunker Hill' met 'Sarah Bernhardt' van voor 1950.
Dubbel champagne wit (iets roze), midden vroeg en zacht en zoet geurend.
De bloemvorm is afgeplat zoals bij de gelijknamige Kaapse jasmijn, ze maakt veel zijknoppen waardoor ze lang bloeit.
Ze heeft wel wat wat steun nodig. Dat komt wel meer voor bij sterk geurende soorten.
Halfgevulde rozerode, afkomstig van Orville, de Amerikaanse veredelaar uit Illinois die ook veel Hemerocallis cultivars heeft geïntroduceerd.
Deze vreselijke combinatie van geel met wit en roze roept in mij onmiddellijk het verlangen op om er aan te ruiken.
Mijn intuïtie klopt; ze geurt zoet.
Ze bloeit zeer rijk.
Een zondags toetje.
Vroeg, dubbel wit met een vleugje roze als de knoppen net open zijn. Oudere bloemen zijn volledig wit.
Relatief hoog (100 cm), goed geurend.
Stevige lange stelen, ideaal als snijbloem.
Een vrij laat bloeiende klassieker (Lemoine 1907) met sterke donkere stelen en goed geurende bloemen.
Zeer geschikt ook als snijbloem.
Pioenrozen houden net als rozen van wat extra mest in voor- en najaar.
Wij hebben emmertjes met geurloze plantaardige mest die daar heel geschikt voor is.