Een stevig dicht groeiend plat tijmpje met donkergroen glimmend blad.
Het lijkt er op dat het geen zuivere citroentijm is wat betekent dat hij sterker is maar ook inderdaad iets minder sterk naar citroen geurt.
We hebben Margaret (aka Mrs. thyme) nog niet gehoord over de monsterplant die we haar toezonden om te testen.
Betrouwbare plat groeiende bodem bedekkende tijm voor zonnige droge plekken.
Ze vormt een dichte zode met licht behaard wat grijzig blad. Makkelijke plant. De naam is wat omstreden maar hanteerbaar.
Een goede trouwe klassieker.
Heel verrassend, die sterke karwijgeur van deze. De plant groeit plat en bouwt zich een beetje op als een heuveltje.
De naam herba-baronne komt van the baron of the beef, vrij vertaald 'het lendestuk van het rund' verwijzend naar de traditionele toepassing van dit kruid. 'Caraway' is een toevoeging die niet echt nodig is, dit is de originele vorm en de geur is overduidelijk.
Makkelijk, pittig, heerlijk en ook geschikt voor vegetariërs.
Deze het sterkst van allemaal naar citroen geurende tijm is officieel geen citroentijm. De geur is precies die van citroenverbena of verveine (Aloysia triphylla).
En die ruikt meer naar citroen dan citroen zelf naar citroen geurt.
Sterk en makkelijk, zeer vol en bossig groeiend.
Vooral die Goddelijke geur is onovertroffen.
Ook deze ruikt naar citroen. De speciale groeiwijze maakt de plant bovendien heel geschikt als bodembedekker of om over een muur te laten hangen. Thymus longicaulis groeit heel snel en maakt zeer lange stengels (tot 1 m).
Thymus longicaulis verdraagt wat schaduw.
Wol-tijm heeft harig blad dat de plant een grijs-viltig uiterlijk geeft.
In de winter is het donkerder; een soort grijs-antraciet.
Het is een harde groeier. Over een muurtje kan ze heerlijk gaan overhangen. We hebben een pol in onze grijze border die wel 50 cm overhangt.
Op de juiste plek; droog en zonnig, een van de meest standvastige kruiptijmen.
Knuffeltijm.
Bloeirijke, donkere in Joegoslavië wild gevonden selectie van onze inheemse grote wilde tijm.
Bossig kruipend met groot glanzend, donkergroen blad en lange bloeiaartjes.
Als inheemse soort op zijn plek en vanzelfsprekend heel makkelijk, ze verdraagt zelfs wat schaduw.
Tijm zonder kapsones, eetbaar, maar niet echt lekker, wel prachtig.
Deze gewone inheemse kruiptijm kan tot -50 graden vorst verdragen.
Het is een gemakkelijke plant voor droge zonnige plekjes.
Je kunt ze laten verwilderen, eventueel ook in een arme kalkrijke grasberm zoals die van ons. In Engeland heten ze niet voor niets 'shepards tyme'.
Groeit op het groendak van de bijenstal op het hoogste punt van onze kwekerij.
Gekregen onder een andere naam maar gecorrigeerd naar het bovenstaande. (sorry)
In deze groep is naamgeving nog een rommeltje; aanleiding tot veel discussie. Het geslacht is nog volop in beweging. Ik raak er ook regelmatig van in de war.
De bloemetjes zijn klein en diep purper-roze van kleur en talrijk. Met z'n allen maken ze er een hoos van, behalve bloemen zie je dan niets.
Een sterke, groeikrachtige, bladhoudende, bodembedekkende kruiper.
Een nieuwe kruiptijm uit zaad met een wat fellere kleur dan de originele wilde.
Licht geurend en volledig plat groeiend.
Makkelijk spul mits het stevig vriest.