Vroeg, dubbel wit met een vleugje roze als de knoppen net open zijn. Oudere bloemen zijn volledig wit.
Relatief hoog (100 cm), goed geurend.
Stevige lange stelen, ideaal als snijbloem.
Wij vinden ze geweldig en dan vooral die half gevulde waarvan je het gouden hart nog kunt zien.
Deze kleur is ook uitstekend hoewel ze gevaarlijk dicht langs het verkeerd soort roze schuurt.
Dit type boompioen wordt zeer oud en bovendien elk jaar mooier.
Wollige bloemkelken aan lange aren, heerlijk zilver grijze stengels en blad.
In het voorjaar knip je ze diep terug; verder geen omkijken naar en gegarandeerd een eindeloos lang bloemenfeest in het najaar.
Ze komen van de ijskoude steppes in de Kaukasus, maar doen het ook voortreffelijk in heet zuid Frankrijk.
Maak je dus geen zorgen als iemand beweert dat deze een beetje bang wordt van vorst.
Onzin: Dit is Genghis Khan lavendel.
De dwergvorm van 'Blue Spire'. Deze dingen komen uit de Mongoolse stenige steppe waar ze samen met Eremurus staan. Ze hebben dus niets nodig behalve zon. Kou deert ze ook niet.
Diep snoeien in het voorjaar.
Deze zilveren droom, samen met Echinacea en Verbena, vormt sinds 2010 de ruggengraat van onze prairie border.
Jelena maakt een nette, compacte bolronde struik die in het najaar voor de helft uit bloemstengels bestaat.
Tegenwoordig is Perovskia officieel ingedeeld bij Salvia. Ik noem ze ook wel Djengis Kahn lavendel vanwege hun herkomst uit de Mongoolse stenige steppe.
Ze zijn zeer winterhard en verdragen elk weertype, inclusief extreme hitte en bittere kou.