Daar zijn ze dan: de dwerg vlinderstruiken; een nieuwe dimensie waar we erg enthousiast over zijn. De vlinders zijn dat waarschijnlijk ook omdat ze veel meer geplant gaan worden.
Dit zijn steriele kruisingen van Buddleja alternifolia × Buddleja davidii gemaakt door Peter Podaras van Cornell University.
Zeer lang bloeiend, bijna te mooi om waar te zijn.
Omdat deze recente introductie geen zaad zet bloeit ze heel lang en rijk met licht geurende bloemen in toefjes aan doorbuigende takkeni. Ze blijft relatief laag en is daarom ook geschikt voor kleinere tuinen.
Het fijne blad is langwerpig smal grijs - groen.
in tegenstelling tot andere B. alternifolia bloeit ze wel op eenjarig hout en mag dus worden gesnoeid.
Unique is vermoedelijk een kruising, in 2009 gevonden door Peter Moore.
Deze selectie van Mien Ruys uit circa 1959 is wereldwijd een van de de meest succesvolle vlinderstruiken.
Wellicht heeft dat iets te maken met de indrukwekkende kleur. De aren zijn niet zo groot en het blad moest idealiter wat grijzer zijn.
Het is nog steeds de donkerste van allemaal.
Forse vitale struik, dus stevig terugzetten in het voorjaar.
De zwarte ridder uit Dedemsvaart.
Forse prijswinnende vlinderstruik met zeer dikke, lange, vertakkende bloempluimen.
Ze bloeit zeer lang omdat ze geen zaad vormt en zaait zich dus ook niet hinderlijk uit.
Buddleja davidii is een makkelijke struik met grijs blad, voor elke standplaats. Snoei ze in het voorjaar van jongs af aan diep terug om ze vol te houden.
Verwen je vlinders.
Deze dwerg-Buddleja groeit breed uit en maakt lange pluimen.
Ze maakt zijscheuten en bloeit daardoor lang.
Knip haar net als de andere vlinderstruiken in het voorjaar diep terug zodat ze mooi vol blijft.
Uit de Humdinger serie van Walters Gardens.