De rijk bloeiende kruising van T. chamaedrys x T. massilense. Een bladhoudend struikje met klein glimmend donker blad, kleine roze bloemen en een vleugje geur. Dit suikerbroodje heeft een iets diepere kleur dan de gangbare gamanders.
Geschikt voor heggetjes in plaats van Buxus die een stuk minder aangenaam ruikt.
Glanzend donkergroen, zomer en winter.
Deze akeleiruit blinkt uit vanwege de lange bijna zwarte stengels die de roze pluimen boven het blad dragen.
Van Thierry Delabroye en nog vrij recent.
Zeer makkelijk en bijzonder vast.
Een strak getekende donkere verticale lijn met een luchtig roze wolkje.
Met trots kondigen wij aan uit Zweden: de gigantische. mijn favoriete soorten uit het geslacht bundelen hun krachten in deze plant; een kruising van T. flavum subsp. glaucum en T. rochebrunianum. 'Elin' wordt makkelijk meer dan 2,5 m hoog (niet meteen het eerste jaar) De bloemen zijn groot en heel zacht mauve. Het grijsgroen blad ontvouwt zich in het voorjaar antraciet-blauw. Dit alles opgehangen aan een forse bloem-paal zonder weerga.
Raak alsjeblieft nooit gewend aan dit soort revolutionaire nieuwe planten.
Akelei ruiten zijn een soort mini-Clematis meestal op lange rechte stengels.
Deze wordt met name vanwege de kleur aangeprezen als een van de mooiste vormen van een van mijn favoriete soorten. Ze is voor ons nog vrij nieuw.
Deze vorm werd in China in het wild gevonden door plantenjager D. Hinckley, hence the name.
Dit elfje is weer zo'n fantastische introductie van onze lieve vriend Thierrry Delabroye.
Wat strakker dan de witte akeleiruiten die we tot nu toe kenden.
Stevig rechtop dus, goed vol en rijk bloeiend.
Fantastische elfachtige witte wolken.
Heerlijk lichtgevend geel uitlopend blad in het vroege voorjaar. Het ziet er kwetsbaar uit maar loopt bij weer en wind krachtig uit. De plant stoelt snel uit en kan op den duur gedeeld worden en natuurlijk wilt u her en der deze lekker gele voorjaars toef. De bloemen komen in wolkachtige pluimen als het haar van de componist waar altijd bij wilde haren aan gerefereerd wordt. Een favoriet van Roger.
Deze 'witte boterbloem' is er weer zo een; een plant die iedereen moet hebben als ze bloeit.
Ik heb nog nooit iemand meegemaakt die deze kon weerstaan, gek is dat.
Heerlijk romig wit-geel, sterk en gezond.
In Engeland wordt Tulbaghia, Society Garlic genoemd. Knoflook mag zich hierdoor vereerd voelen want we hebben het over een zeer edele plant. Het sierlijke blad met crème strepen in de lengte ruikt als knoflook. De lilaroze bloemen zijn fruitig geparfumeerd en verschijnen de hele zomer op lange stelen. Makkelijke potplant, mooi eetbaar alternatief voor Agapantus. Tulbaghia violacea komt uit Transvaal. Bij ons net niet winterhard, dus voor de zekerheid wel in de garage overwinteren.
Net als 'Emblue' een compacte bossige struik die ook in pot kan worden gehouden.
Matig grootvruchtig maar redelijk zelfbestuivend hoewel kruisbestuiving grotere vruchten geeft.
Een hybride ras met een zeer goede smaak ontstaan uit de kruising van Vaccinium corymbosum met Vaccinium angustifolium.
Klein maar fijn.
Amerikaanse bosbessen zijn geen bosbessen die het alleen op zeer zure grond goed doen. Ze verdragen ook onze Limburgse kalkgrond al jaren prima. Probleem is vooral dat ze stikstof alleen kunnen opnemen in pure vorm. Wij geven dat in de vorm van melasse korrels en mulchen met houthaksel.
Ze zijn zelfbestuivend en dragen goed.
'Bluegold' is een stevige groeier met middelgrote zoete bessen die in juli en augustus rijpen.
'Jackie in Spots' is een vaste toorts gevonden in Valkenburg, Noord Holland als een spontane mutatie van Verbascum 'Jackie in Pink'. Het is een Chimaera, wat betekent dat alleen de buitenste laag cellen is gemuteerd. Dat roze probeert zich in het hart van de bloem en aan de randjes van de bloemblaadjes te doen gelden.
Uitgebloeide aren wegknippen maakt ze standvastiger en zorgt voor herbloei.
Een tamelijk opgaand groeiende vorm in een aangename kleur.
Nazomerbloemen die ook in de vaas kunnen.
Een van de allerbeste ereprijzen.
Een compacte, rijk bloeiende vorm.
Als je ze tijdig terugknipt gaan ze opnieuw bloeien.
Het soort planten dat je misschien met Leucanthemum zou willen combineren.
Beide zijn zeer makkelijk.
Een stevige plant met lange iets gebogen spits toelopende bloeiaren.
Lekker laat bloeiend.
Toch subtiel voor een reuzin.
Spannend van kleur en ja hoor, alweer een aartje, alsof we daar maar niet genoeg van kunnen krijgen. Deze is mooi maar je moet er wel zo'n nieuwe Echinacea naast planten.
Niet te nat graag.
Maar half zo hoog als 'Schneeriesin', dat komt misschien van pas.
Veronica is vooral aantrekkelijk in wat grotere groepen.
De ultieme prairieplant, zonder deze is het geen echte prairie.
Onverwoestbaar sterk en in dit geval ook nog compact en hartveroverend.
Vraagt totaal geen onderhoud. Helemaal niets als je de afgestorven delen in de winter laat wegwaaien en afbranden. Heb je niet zo'n hele grote tuin dan duw je de dorre takken even in de compost.
Stoer en lieflijk.
Heerlijk subtiel van wit over roze naar lila (Wat is dat eigenlijk?).
Supersterk, onverwoestbaar.
Sterke stengels, dus steunen is niet nodg.
Veronicastrum komt van nature voor op de Noord Amerikaanse prairies. Ze groeien daar in combinaties met grassen en andere planten en rekenen op een jaarlijks prairie brandje. Een stevige vorstperiode mag ook.
Afgeplatte, bandvormige spitse bloeiaren. In donker roze.
Haar naam ontleent ze aan de bandvorming in de bloeiaren, dat heet wetenschappelijk 'fascinatie'. Het is een vergroeiing van de stengel waarbij deze breed en plat wordt soms met een beetje vreemde bloemetjes of blaadjes. In dit geval zijn ze extra vol en dik.
Geweldig sterk en betrouwbaar.
Hetzelfde onverwoestbare prairiespul in een zachter roze en wat lager.
Dat roze is hier zelfs een beetje fluoriserend.
Duidelijk lager dan de meeste van deze van de prairie afkomstige planten.
Sterk, betrouwbaar en zeer bruikbaar.
Op een of andere manier voelde ik me opeens verplicht ook een paar goede cultivars van deze eenvoudige bodembedekker te vermeerderen.
Dit is onze relatief donkerblauwe suggestie van deze gemakkelijke bladhoudende bodembedekker met glimmend donkergroen blad voor de schaduw. Kan, als het er niet te gek droog is ook prima in de volle zon.
Een sterke gemakkelijke plant voor de luie tuinier. Ook geschikt voor romantici.
De kleine maagdenpalm heeft fijner blad, is wat fijner van bouw dan Vinca major, de grote.
Je hebt geen omkijken naar deze eenvoudige, gemakkelijk en snelgroeiende bodembedekker. Maar je mag in het voorjaar een keer alle blad er af knippen voor fris nieuw blad.
Vernoemd naar een van de meest fameuze schaduwtuiniers met een voorliefde voor witte bloemen en zilver blad.
Echt een Victoriaanse hoornviool met meerkleurige bloemen en sterk geurend met een heerlijk parfum. De bloemen zijn wit met paarse aders en een klein geel honingmerk.
Zwaar geparfumeerd dus, deze dame.
Dit brutale geel-bruin-paars, is niet onomstreden. Het is zeer geliefd bij de een en verguisd door de ander. De RHS jury hoort kennelijk bij de eerste categorie, want ze gaf de plant een AGM (Onderscheiding van hoge tuinwaarde).
Iedereen die haar kent stemt in met de beschrijving: zeer sterk geurend en rijk bloeiend.
Walmend gewoon in de wijde omtrek.
Zacht bleek lila mauve met fijne donker purperen strepen en hart, een adellijke kleur en goed vast. Wonderbaarlijk van kleur maar slechts zacht geparfumeerd. Uit de rubriek van de 'bedding viola's'. Dit mogen we hoewel de verleiding groot is niet Viola cornuta noemen van de specialisten.
Gewonnen door Richard Cawthorne, onze Violenvriend die we lang geleden voor het laatst hebben bezocht