Zeer pompeus prachtig en stevig op eigen benen.
Ook heel geschikt voor de vaas. Geur is helaas maar zwak aanwezig.
vroeg bloeiend, helder roze-rood, gevuld, 90 cm, geurend en geschikt als snijbloem
De meest geteelde rode voor de snij. Verbloeiend van rood naar roze violet, bij pioen wordt dat al paars genoemd.
Uit 1908 maar nog steeds de meest geteelde rode snijpioen.
Compact, maar toch graag een beetje steun.
Licht geurend.
Halfgevulde rozerode, afkomstig van Orville, de Amerikaanse veredelaar uit Illinois die ook veel Hemerocallis cultivars heeft geïntroduceerd.
Zeer geliefd voor de tuin en als snijbloem vanwege de diep donkere kleur.
Glanzend groen blad dat in de herfst verkleurt.
Deze vreselijke combinatie van geel met wit en roze roept in mij onmiddellijk het verlangen op om er aan te ruiken.
Mijn intuïtie klopt; ze geurt zoet.
Ze bloeit zeer rijk.
Een zondags toetje.
Sarah is een laatbloeier en een echte klassieker van Lemoine (1906).
Ze bloeit dubbel roze. Het roze is hier en daar geaccentueerd met rode vlekken en lichtere randen aan de bloem blaadjes. Ze hebben een golvende rand.
Sterke snijbloem.
Excellent geurend.
Vroeg, dubbel wit met een vleugje roze als de knoppen net open zijn. Oudere bloemen zijn volledig wit.
Relatief hoog (100 cm), goed geurend.
Stevige lange stelen, ideaal als snijbloem.
Dit gekke ding werd naar verluidt gevonden in een boomgaard in Zuid Korea.
Bloemen in 3 lagen, als een ijsje.
Zeer sterk en aangenaam geurend.
De naam betekent 'toren van bloemen'. Als alle rockii pioenen vanwege de wat latere bloei zeer geschikt voor ons klimaat. Ze bloeit vanwege de gevulde bloemen ook relatief lang.
De bloemen zijn zo'n 16 cm doorsnee.
Niemand heeft ooit aangevochten dat ze, eenmaal goed aangeslagen, wel 100 jaar oud worden en elk jaar mooier.
De kleur geel is zeer ongewoon voor pioenen die niet Paeonia lutea heten.
Misschien zijn er daarom wel relatief veel gele cultivars.
In dit geval gevulde gele bloemen met een rood hart.
'High Noon' kan in de herfst herbloeien. Dat is een zeldzame eigenschap bij pioenen.
Als Paeonia lutea de oma is, dan is dit de moeder van alle gele boompioenen.
Geurend en makkelijk.
Een wit met roze struikpioen die breed uitwaaiert met haar prachtige scherp gesneden blad.
De bloei is zeer spectaculair. De bloemen hebben een doorsnee van 20 cm en geuren zeer aangenaam.
Deze verdraagt fel zonlicht relatief goed. De meeste boompioenen staan liever iets in de schaduw.
Datzelfde saffierblauw, maar dan in roze.e
Mudan is Chinees voor boompioen. De 'gewone' heten Xibei Mudan. Rockii's worden Ziban Mudan genoemd wat duidt op de zwarte vlekken in het hart. Gansu Mudan, boompioenen uit Mudan, al dan niet met vlekken zijn de uitzonderlijk vitale, goed geurende, extra prachtige subgroep van Ziban Mudan.
"Heldere dauw op een tweehoornige bloem" bloeit rijk met 20 x 6 cm grote bloemen.
'Rou Fu Rong' is een klassieke Chinese boompioen met reusachtige gevuldebloemen. Deze boompioenen staan al meer dan 20 jaar in onze tuin, dus ze gaan nog makkelijk 80 jaar mee. En ze maken elk jaar meer bloemen.
Ze zijn uitstekend winterhard.
Het enige wat ze nodig hebben is diep-doorlatende lemige grond.
Wij vinden ze geweldig en dan vooral die half gevulde waarvan je het gouden hart nog kunt zien.
Deze kleur is ook uitstekend hoewel ze gevaarlijk dicht langs het verkeerd soort roze schuurt.
Dit type boompioen wordt zeer oud en bovendien elk jaar mooier.
Vrij vertaald: "Zwarte draak met een fantastische bloem in z'n bek."
Ook een rockii maar dan gevuld en gekleurd waardoor je de zwarte basaalvlekken niet ziet.
Deze boompioenen zijn de beste voor ons klimaat omdat ze laat uitlopen hebben ze geen last van nachtvorst.
Wollige bloemkelken aan lange aren, heerlijk zilver grijze stengels en blad.
In het voorjaar knip je ze diep terug; verder geen omkijken naar en gegarandeerd een eindeloos lang bloemenfeest in het najaar.
Ze komen van de ijskoude steppes in de Kaukasus, maar doen het ook voortreffelijk in heet zuid Frankrijk.
Maak je dus geen zorgen als iemand beweert dat deze een beetje bang wordt van vorst.
Onzin: Dit is Genghis Khan lavendel.
De dwergvorm van 'Blue Spire'. Deze dingen komen uit de Mongoolse stenige steppe waar ze samen met Eremurus staan. Ze hebben dus niets nodig behalve zon. Kou deert ze ook niet.
Diep snoeien in het voorjaar.
Deze zilveren droom, samen met Echinacea en Verbena, vormt sinds 2010 de ruggengraat van onze prairie border.
Jelena maakt een nette, compacte bolronde struik die in het najaar voor de helft uit bloemstengels bestaat.
Tegenwoordig is Perovskia officieel ingedeeld bij Salvia. Ik noem ze ook wel Djengis Kahn lavendel vanwege hun herkomst uit de Mongoolse stenige steppe.
Ze zijn zeer winterhard en verdragen elk weertype, inclusief extreme hitte en bittere kou.
Peter Catt van Liss Forest Nursery, Hampshire, Groot-Brittannië is de uitvinder van de beste Russische salie tot nu toe: 'Lacey Blue' en in 2012 introduceerde hij 'Silvery Blue'.
Nog ietsje lager en dus steviger maar vooral vanwege het zeer zilveren blad een opwindende introductie.
Ze zijn allemaal prima winterhard en geurig.
Zilveren Djengis Khan lavendel.
Extra zilver blad en zeer rijke volle bloei kenmerken deze recente dwergvorm gevonden tussen zaailingen van 'Blue Spire'.
Knippen zorgt voor herbloei. Maar doe dat in ieder geval elk voorjaar.
Goed voor een zilveren medaille op Plantarium 2009.
Deze heeft de fijnste wollige bloemen.
Phlomis russeliana mag in geen enkele tuin met mediterrane aspiraties ontbreken. De crème gele bloemen in etages maken veel indruk. Het is een warmte uitstralende plant met groot olijfgroen wollig blad. Dat blad heeft bovendien een sterk onkruid werende werking.
Kruidachtig en half-bladhoudend. Best in de zon. Prima winterhard.
Een Nederlandse introductie uit 2010, die na 8 jaar testen is geselecteerd op geur en ziekte resistentie.
Phloxen zijn makkelijke standvastige planten.
Ik vind de meeste wat al te bont en ben geen fan van van tweekleurige bloemen. Maar deze mag er zijn, met haar zoet-sappige bloemetjes.
Het donker purperen blad doorstaat milde winters ongeschonden. Mocht het bevriezen, dan krijg je prachtig nieuw blad in het voorjaar. Zoals meestal; hoe kouder, hoe donkerder. De combinatie met de heerlijke paarse bloemetjes is ook geslaagd. De bloemen zijn diep donker en bijzonder groot voor jakobsladder.
Een geweldige nog vrij nieuwe introductie.
'Stairway to heaven'.
Dit inheems schatje heeft me altijd vertederd. Een wonderlijk mooie voorjaarsverassing toch, als dit in je ruig vochtig grasland staat en zich daar dan uitzaait.
Het is bovendien een belangrijk geneeskruid.
Het blad wordt in Spanje gegeten en de bloemen kunnen versuikerd tot snoepjes of in salade.
Echt voorjaar.
Pluot is de samentrekking van plum en apricot een kruising dus van een abrikoos met een Japanse pruim.
Pluot is niet zelf bestuivend. Bestuiving is mogelijk met abrikoos, pruim, sierpruim of een ander ras pluot.
De smaak van de gladde vruchten is bijzonder goed, zeer zoet en complex.
Abrikoos-pruim is in Californië ontwikkeld door Zaiger's Genetics.
Alleen al vanwege de naam maar ook vanwege de fabuleuse smaak zijn we dol op de reausachtige, stokoude 'Schneiders Späte Knorpelkirsche' in onze schapenweide. 'Dönissens', omstreeks 1824 in Duitsland gevonden, is net zo lekker en ook goed productief. De oogst is relatief laat; vanaf eind juli. Bestuiving kan met de meeste andere rassen uitgezonderd 'Kordia' en 'Techlovan'.
De beste gele.
'Kordia' is een zuilvormige, goed zelf bestuivende zoete kers met een diep rode, bijna zwarte kleur.
De kersen rijpen in juli en zijn heerlijk zoet en aromatisch van smaak.
Snoei 'Kordia' in het voorjaar in een zuilvorm en laat daarbij korte horizontale takjes ongemoeid. Hierdoor kan de uiteindelijke hoogte van het boompje op 2 tot 3 meter worden gehouden.
'Regina' is een kruising uit 1981 van 'Schneiders Späte Knorpelkirsche' (dat zijn de grote kersenbomen op onze kwekerij) met 'Rube'. De kersen hebben een bijzonder goede smaak en aroma en weinig last van barsten, ze rijpen relatief laat, eind juli.
Ze is zelfbestuivend, maar andere kersenrassen in de buurt geven meestal een wat hogere opbrengst.
Dit zijn kleine boompjes, dus goed te verzenden. Omdat ze laag veredeld en als zuilvorm gekweekt zijn blijven ze klein.
'Sylvia' is een vrij late (eind juli), zelf bestuivende zuilvormige zoete kers. Het blijft een smal opgaand, klein boompje, dat weinig snoei vraagt. Als zuilvorm kan ze ook in pot op het terras worden gehouden.
Kruisbestuiving met andere rassen zal de opbrengst verhogen.
In de volle grond hoef je ze ook geen water te geven en vergt ze nog minder onderhoud.
Eindelijk kunnen we ook deze klassieker van voor 1850 uit ons lieve buurland aanbieden. Ze heeft zeer goed smakende grote donkerpaarse vruchten met groen-geel vruchtvlees die vanaf half augustus rijpen. Ze is zeer ziekte resistent.
Ze is prima zelfbestuivend, maar de opbrengst kan worden verhoogd door kruisbestuiving met 'Anna Spath', 'Czar','Monsieur Hatif', Opal', 'Reine Claude d'Althan' en 'Victoria'.
Met mate snoeien in het voorjaar.
Zuilvormige pruimen zijn een recente ontwikkeling. Ze maken hele korte vruchtbare zijtakken waardoor ze als een ± 80 cm brede kolom groeien en snoei vrijwel niet nodig is. Ze kunnen dus ook in pot maar in de volle grond vragen ze veel minder aandacht. 'Mirabelle Ruby' is zelfbestuivend, maar zoals vaak het geval: de opbrengst wordt nog beter wanneer ze worden kruisbestoven, bijvoorbeeld door: 'Mirabelle de Nancy', 'Opal' of 'Victoria'. Het vruchtvlees is geel-rood, de smaak is zoet met een vleugje perzik.
'Opal' is een van onze favoriete pruimen. Ze is gezond, makkelijk en redelijk zelfbestuivend. Ook kan ze als bestuiver een rol spelen voor andere rassen zoals 'Victoria'.
Het vruchtvlees is geel en het velletje heet blauw te zijn, maar dan wel pruimenblauw.
Deze zelffertiele pruim, in 1860 gevonden in Frankrijk, is tamelijk groeikrachtig. Als laagstam blijft ze relatief klein. De grote vruchten rijpen in augustus. Ze zijn zeer zoet, aromatisch en sappig.
Hoewel ze prima zelfbestuivend is kan bestuiving door bijvoorbeeld 'Bleue de Belgique', 'Reine Claude d'Althan' of 'Victoria' de opbrengst nog vergroten.
Dit stokoude ras is nog steeds zeer geliefd. In de loop van augustus rijpen de zoete, aromatische, groen-gele vruchten.
Pruimen moeten voor een goede opbrengst worden bestoven door een ander ras. Als je plaats hebt, plant dan bijvoorbeeld een van de volgende rassen erbij, of probeer de buren te overtuigen dat te doen: 'Anna Spath', 'Belle de Louvain', Monsieur Hatif, 'Hauszwetsch', 'Opal', 'Reine Claude Althan', Reine Claude d'Aullins', 'Reine Victoria', 'Czar' of 'Stanley'.
Ook 'Stanley' is zelf bestuivend. Maar als je er plaats voor hebt plant dan een aantal verschillende rassen, zowel om de oogst te spreiden, de opbrengst te verhogen als omwille van de subtiele smaakverschillen.
De grote ovale, sterk berijpte vruchten rijpen omstreeks eind augustus tot half september.
Na de oogst of in het voorjaar licht snoeien in vaasvorm zodat de zon diep in de kroon kan doordringen.
Nog zo'n lekkere pruim, het ljkt wel of we ze `zelf hebben uitgezocht.
Ook deze is redelijk zelfbestuivend hoewel de vruchtzetting altijd beter is als er een ander ras in de buurt staat. In dit geval bijvoorbeeld 'Opal'.
'Victoria' is zoet- aromatisch. Pruimentijd is het eind augustus.
In onze tuin staat een inmiddels redelijk grote, wat rommelige zaailing waar we elke winter de noten van genieten. Ze hebben een wat dikke schil maar smaken prima.
'Robijn' is geselecteerd op resistentie tegen late nachtvorsten.
Dit is een netjes opgekweekt boompje met een mooi rechte stam en een bolrond pruikje.
Het is de eerste fruitsoort die bloeit en dus waardevol voor hommels, bijen en andere insecten.
Na bijna tien jaar komen we er eindelijk aan toe deze te vermeerderen en ik werd er bovendien pas onlangs op gewezen dat longkruid erg geliefd is bij sluipwespen die luizen uitroeien.
Het kan bijna niet mooier: Vroege bloei en het hele jaar zilver bodembedekkend blad.
Tijdens het groeiseizoen staan ze graag vochtig.
Zeer rijk bloeiend in het vroege voorjaar. Na de bloei groeit het gevlekt blad uit voor de rest van het seizoen.
Wat zwakker in de diepe schaduw. Geef ze dus eventueel wat meer zon als ze niet gezond blijven.
Onze meest geliefde witte.
Longkruid verdraagt schaduw prima. Maar staat, net als de meeste planten, als er voldoende vocht is ook graag in de zon.
Dit is een van onze favorieten vanwege de grote bleek opaal-blauwe bloemen.
Het blad heeft grote zilveren plekken.
Porselein plant.
Een Duitse cultivar met dun gevlekt zachtgroen blad en dromerige zachtroze bloemen.
Lang de beste roze naar wij dachten maar inmiddels zwaar beconcurreerd door 'Pink Haze' en 'Pierre's Pure Pink'.
Kies zelf maar.
Voor de afwisseling eens aan iets wilder wildemanskruid dan de gebruikelijke ouderwetse zaairassen.
Deze planten zijn ook gezaaid dus de kleur kan variëren van dat bijzonder maan-blauw tot donker paars, heel soms wit.
Deze soort komt wild voor in Europa, Russland, China, VS en Canada. Het is de nationale bloem van Finland.
Zo harig dat we hier misschien wel op de grens tussen het plantenrijk en het dierenrijk zitten.
Na de snoeperige bloemen komen lekkere pluizen.
Een goed vaste voorjaarsbloem met een beestachtig spannende zomergestalte.
Deze is veel verfijnder dan de andere Pycnanthemum, met haar smal geveerd blad.
Kleine knoopachtige witte bloemen in clusters, de hele zomer
dit is geen muntsoort, maar ze heeft wel een munt-geur.
Het geslacht Pycnanthemum werd vroeger tot de Mentha gerekend.
Een amerikaanse bosrandplant met heerlijk zilveroplichtend topblad.
Een van de beste vlinderplanten die er zijn!
Bovendien heerlijk geurend.
Het blad kun je vers kauwen, of je kunt er thee van maken.
De eerste keer dat ik deze plant met paars gespikkelde witte bloemen en smal grijzig blad uit het zuiden van de VS zag stond er een bordje bij met: Origanum viride. De bijen uit een nabijgelegen korf vlogen er massaal op, zo'n bevlogen plant zag ik daarna nooit meer.
De groeiwijze lijkt inderdaad op die van marjolein. Het is ook een ex-munt: vroeger heette ze Mentha pilosum.
Die muntgeur blijft en wordt na drogen zelfs nog sterker.
Als ik twee peren moest kiezen, dan deze en 'Doyenne du Comice'. En gelukkig zijn die twee ook nog goede bestuivers voor elkaar. Lang gelden hadden we een boomgaardje in beheer met vooral 'Conference', de 'Doyenne du Comice' stonden er tussen als bestuivers.
Goed bewaarbaar en lang lekker.
'Decora' maakt een mooie volle zuilvorm. De peren zitten aan korte zijtakken dicht tegen de stam. Uiteindelijk wordt deze zuil 150 tot 180 cm hoog.
Ze is zelfbestuivend.
Houd de zijscheuten kort door ze in de zomer te snoeien tot op enkele centimeters van de stam.
De rode blos geeft het al weg; heerlijk zoet, sappig en aromatische vruchten in september-oktober.
En dit is mijn allerliefste peer. Ze worden ongeëvenaard zacht en sappig wegsmeltend als ze goed rijp zijn.
Ook deze kan een flink stuk de winter in worden bewaard.
'Conference' is een goede bestuiver maar ze kan zich ook redelijk zelf bestuiven. Er kunnen dan zelfs pitloze peren ontstaan.
Gevonden door Comice Horticole de Maine et Loire en in 1849 geïntroduceerd.
Deze peer maakt geen kroon. De vruchttakken blijven kort dus de heerlijk zoete sappige peren hangen dicht bij de stam. Ze groeit traag en blijft zeer compact. Snoei is vrijwel niet nodig. Zeer geschikt dus voor een kleine tuin, of zelfs in pot.
Ze is bovendien goed zelfbestuivend.
In oktober haal je je plintenladdertje uit de schuur voor de oogst.
'Triomphe de Vienne' is een klassieke peer. Ze groeit snel maar blijft als laagstam klein.
Goede bestuivers: Bonne Louise d'Avranche, Charneux, Clapps Favorite, Conference en Doyenne de Comice.
Onze klas op de landbouwschool bleef een week half leeg toen we een boomgaard 'Triomphe de Vienne' op stam hadden gekocht. In een zwaar overbeladen Dafje vol kratten reden we een deel van de oogst naar Limburg.
Nashiperen komen oorspronkelijk uit China en Japan, maar ze kunnen hier ook goed vrucht dragen.
Ze zijn eenhuizig en kunnen zichzelf bestuiven maar de vruchtzetting is beter als er meerdere rassen worden gecombineerd.
De zoete vruchten rijpen in september en hebben een beetje een karamel smaak. Ze kunnen tot februari worden bewaard.
'Chojuro' is zeer vruchtbaar, een oud Japans ras met goed smakende kleine vruchten.
Een soort peer in de vorm van een appel met een complexe zoete smaak met een vleugje peer, appel en meloen. De dunschillige, middengrote vruchten rijpen eindaugustus.
'Shinseiki' is een kruising tussen 'Nijisseiki' en 'Chojuro'. Ze is zelfbestuivend, maar draagt veel rijker met een ander ras erbij als bestuiver.
Het blijven fijne kleine compacte boompjes
'Tama' is een vroeg ras met kleine zeer zoete vruchten. De vruchten zijn lang bewaarbaar.
Ze bloeien vroeg, maar hebben minder last van nachtvorst dan gewone peren.
Nashiperen kunnen over het algemeen zichzelf bestuiven, maar ze zetten beter vrucht en dragen zeer rijk wanneer je verschillende rassen plant.
.
Wat mij betreft de ideale combinatie van het beste van zwarte bes en kruisbes. De vruchtgrootte houdt precies het midden. Ze rijpen in juni / juli.
Snelgroeiende struiken zonder doorns die makkelijk tot een leuk mini-boompje te snoeien zijn. Vrijwel onvatbaar voor ziekten.
Commercieel worden ze niet geteeld omdat de bessen te verspreid hangen. Thuis is dat geen probleem.
Goed gesnoeid zien ze er al snel uit als stokoude druivenstokken.
Deze recente introductie blijt laag en compact. Bovendien is ze mild van smaak waardoor ze ook vers aangenaam van smaak is.
Ze is volledig zelfbestuivend, er hoeft dus geen ander ras in de buurt te staan.
De besssen rijpen vanaf juni.
Snoepjes op peuterogenhoogte.
Grote trossen met dikke bessen.
De bessen hebben een zachte cassis smaak en vallen niet van de steel.
Handelbaar dus en zachtaardig van smaak.
Een heel goede zwarte, zo simpel is het.
Dit is geen zinkend schip maar een beste bes.
Een oud standaardras dat herinnert aan hoe we met de tuinbouwschool op excursie bij een bessenteler zagen hoe hij met een stok de takken naar beneden sloeg om ze half gebroken, vruchtbaarder te maken. Makkelijk dus.
Als ze een beetje kwarren knip dan een oude tak diep terug. Is daar een bruine gang te zien knip dan nog dieper tot er geen gangetje meer is. Dat is een mot die zich naar beneden vreet. Vooral bij oude planten.
Deze nieuwe selectie is een van de beste uit het veredelingsprogramma van Lubera uit Zwitserland met als doelstellingen: grotere bessen, betere smaak en gezonde, goed opgaande struiken.
Makkelijk dus, sterk, lekker en gezond.
De bessen rijpen in juli aan lange trossen.
Ook leuk als fruithaagje.
Een gezonde goed productieve professionele cultivar met donkerrode, relatief zoete bessen.
Ze kan prima als losse struik op eigen benen staan, maar professionals telen ze aangeboden aan draad in rijen.
Plant afstand: 0,50-100cm.
Sappige geel witte bessen in gevulde trossen. Zoeter dan rode aalbes.
Begin juli rijpen ze.
Aan de tros zijn aalbessen wekenlang bewaarbaar.
Ze kan prima als losse struik geteeld maar produceert nog beter in rijen aan draad, plant afstand is dan: 50 tot 100 cm.
Voor de gouden eeuw van de eetbare tuin.
Een zeer goed smakende kruisbes die weinig gevoelig is voor aantastingen.
Maar het mooiste is; ze heeft amper doorns.
Dus het plukken voelt minder als een vorm van diefstal waarvoor je straf verdient.
Een makkelijke en gezonde kruisbes dus.
Een rijk dragend, zoet en gezond ras.
Middelgrote weinig behaarde vruchten
die niet snel barsten.
Dit is een meeldauwresistent ras en dat is een van de allerbelangrijkste eigenschappen bij kruisbes.
Als losse struik 1 m afstand houden in rijen 75 cm.
Rijp: augustus - september.
Een ziekte resistente cultivar met mooie ronde rode bessen.
Als losse struik 1 m afstand houden in rijen 75 cm.
Rijp vanaf juli.
De rode zijn wat zoeter.
De goud-gele bloemen van deze doorbloeiende roos zijn 8 tot 10 cm groot.
Ze heeft stevig, gezond blad.
Weinig geur helaas.
Emely is nogal heftig pink met een vleugje zilver. De 7 cm grote bloemen hebben een lichte geur.
Al;s bodembedekkende roos met een spreidende groeiwijze is ze ideaal om vakken mee te vullen of om te combineren met vaste planten.
Een heerlijke, gezonde, moderne introductie (2021), doorbloeiend met geurende bloemen die 6 tot 8 cm groot zijn.
Bottels maakt ze helaas niet.
Een sprookjesroos, deze reusachtige doornloze rambler.
Goed te herkennen aan het smalle spitse blad. Ze groeit hard en bloeit eenmalig rijk in mei.
Ze komt in China wild voor op 500 tot 2200 meter hoogte. Rosa banksiae is vernoemd naar Dorothea Lady Banks, echtgenote van de Britse botanicus en directeur van Kew Gardens, Joseph Banks.
Dit is waarom wij van rozen houden.
Dit is zo'n plant waar je niet aan denkt als dat juist zou moeten en die je elke keer weer verrast als je haar ziet. Bijzonder donker grijs-blauw-groen blad, fantastische rood tot bruin-rode bottels aan welvende takken en leuke roze sterbloemetjes met een wit hart.
Ze groeit wild in de Alpen, Pyreneeën en Zuid Duitsland, verwilderd in Scandinavië.
Een fantastische bladplant die bovendien heerlijk bloeit en bottelt.
Deze wilde roos uit Oost Azië komt in Nederland verwilderd voor. Ze kan als struik 3 meter hoog worden of wanneer ze steun vindt tot 5 meter klimmen. Als struik maakt ze doorbuigende met 1 tot 2 cm grote bloemen in trossen. In het najaar maakt ze kleine oranje rode botteltjes.
Een heerlijke ziektevrije roos voor wat grotere natuurlijke tuinen.
Deze bijzonder gemakkelijke en zeer vroeg bloeiende roos uit 1893 is niet alleen gezond maar bovendien sterk geurend.
Neem daar even de tijd voor.
Van de bottels maak je in de herfst een vitaminenrijke confiture.
Onovertroffen dubbel wit op een eenvoudige gezonde struik.
Deze rozemarijn behoort tot een bijzondere buitencategorie vanwege de heerlijke fruitige geur en het fijne zachte smalle naaldvormig blad
'Benenden Blue' heeft als synoniem 'Collingwood Ingram' naar de vinder, die ook wel 'Cherry' werd genoemd vanwege zijn passie voor kersenrassen. We traden zowel op Engeland als Corsica in zijn voetsporen.
Het verhaal over de aanrijding van Cherry en zijn chauffeur op Corsica past hier helaas niet.
Een heerlijke diep blauwe kleur heeft deze plat groeiende vorm met licht gebogen takken.
De kruipende vormen, zoals daze bloeien veel rijker en ook vaak al voor de winter.
Daar staat tegenover dat ze misschien iets vorstgevoeliger lijken te zijn.
Ideaal voor een hoge pot waarin ze elegant over kunnen hangen.
Een van mijn favoriete kruipende rozemarijnen omdat we er lang geleden zo'n heerlijke pot vol van hadden.
Zo'n pot overwinter je het beste in de koude kas.
De geurige takken worden zo'n 30 tot 40 cm lang en staan breed uit tot ze gaan hangen.
Het dauw van de zee dat als blauwe regen over de rand van je pot stroomt.
'Boule' was een van mijn eerste kruipende rozemarijnen, zo'n 25 jaar geleden gevonden in Zuid Frankrijk.
Lijkt qua diep blauwe kleur sterk op 'Corsican Blue' maar met een iets andere groeiwijze.
Haar takken zijn gebogen en het jonge hout is grijzig wit waardoor ze een regelmatige grijze bol vormt.
Kruipende vorm die tot een meter lang en breed kan worden.
Zeer volle bossige plant met fijne naalden die snel een pot vult.
Fantastisch die enorme watervallen van rozemarijn zoals je ze in zuid Frankrijk ziet. Bij ons doe je dat beter in pot.
Nog een kruipende vorm met fijn krullende takjes, korte naalden en metaal blauwe bloemen.
Prima voor de keuken en zeer leuk in pot.
Kruipende vormen zijn, ik zeg het nog maar een keer, wat minder winterhard dan opgaande. Maar je kunt het altijd proberen ze buiten te laten overwinteren.
De meest aromatische rozemarijn die we kennen. De takken zijn in de zomer plakkerig van de hars. Snelgroeiend stijf recht omhoog en daarna onder eigen gewicht soms doorbuigend.
Misschien iets vorst gevoeliger dan de meeste opgaande.
De plakkerigste en geurigste.
Een sterk vertakkende maar stevig opgaand en snel groeiende selectie uit de natuur met breed blad.
Ze lijkt extra sterk en gezond omdat ze al het een ander aan vervelend vochtig weer beter leek te verdragen dan de rest.
Even heerlijk als keukenkruid.
We hebben er meer dan 20 jaar over gedaan om de teleurstelling te verwerken veroorzaakt door de smaak van onze eerste doornloze braam 'Thornless Evergreen'. In de tussentijd hebben we het gevecht met de verrukkelijke gedoornde bramen opgegeven. Dit is ook een wat ouder ras, maar de smaak is veel aromatischer, fris zoet zuur, heerlijk, zoals het hoort.
Snoei in het voorjaar de afgedragen takken weg en bind de nieuwe doornloze jonge scheuten aan draad.
Dwergvormen zijn erg populair omdat ze het ook mogelijk maken fruit te kweken in een kleine tuin of op je terras. Bramen kunnen nogal stevig groeien en de lekkerste rassen hebben doorns. Daar heeft deze helemaal geen last van. Het is niet alleen een dwergje zonder doorns de bramen zijn heerlijk zoet-zuur.
Deze is bovendien doordragend. Vanaf begin juli tot de eerste vorst kun je hiervan snoepen. Als je de plant diep terugknipt in het voorjaar rijpen de eerste vruchten in augustus.
De naam van dit nieuwe Amerikaanse ras duidt op drie deugden:
- zeer goed van smaak
- zeer productief met grote vruchten
- sterke stengels en ziekte bestendig
Oh ja; en doornloos.
De vruchten rijpen snel, dus oogst regelmatig.
Deze kruising tussen braam en framboos geeft al vanaf half juni vruchten aanzienlijk vroeger dus dan bramen. Goed rijp zijn ze zeer aromatisch en geschikt om vers te eten of voor verwerking.
Ze draagt op tweejarig hout, dus je snoeit in het najaar of vroege voorjaar de oude takken tot de grond terug. Ze maakt lange takken dus je teelt haar het beste aan draad. Twee planten per strekkende meter is dan voldoende.
'Autumn First' is een Zwitserse verbetering van de klassieke 'Autumn Bliss' met betere ziekteresistentie en smaak.
Herfstframbozen worden uiterlijk maart tot de grond terug geknipt voor oogst van begin augustus tot eind september. Vanwege de late rijping hebben ze geen last van de larven van de frambooskever.
Je plant ze in rijen aan draad op 30 tot 40 cm van elkaar. Tussen de rijen houden we 120 tot 150 cm afstand.
'Autumn First' is de vroegste herfstframboos.
De gele zijn heel lekker en leuk bovendien.
Prima opbrengst ook.
Rijp vanaf augustus tot de eerste vorst
Herfstframbozen knip je in de winter of voorjaar volledig terug tot de grond.
Als je dat niet niet doet heb je de hele zomer af en toe een framboos.
Een gezond productief ras dat vanwege haar ziekteresistentie ook zeer geschikt is voor professionele biologische teelt.
Als je veel last hebt van wormtjes in de vrucht dan kun je beter herfstframbozen kiezen.
Tamelijk grote ronde, diep rode vruchten rijp in juni-juli.
Frambozen teel je het beste aan draad. Snoei steeds overjarige scheuten weg.
Dit is een sterk vertakkende dwerg herfstframboos die dus ook goed in pot kan worden gehouden of als solitair in een border.
Je mag haar in het voorjaar diep terugknippen. Dan slaagt ze er nog in om in juli de eerste vruchten te produceren. Dat gaat door tot eind september.
De gele vruchten zijn zoet en aromatisch.
Investeer in fruit.
Een remonterend ras met zeer zoete vruchten.
Rijp: juni en opnieuw in september
Als je deze in het voorjaar helemaal terug knipt gedraagt ze zich als een herfstframboos en krijg je de eerste vruchten in augustus. De totale oogst zal dan niet minder zijn.
Een vroeg ras met vrij grote donkerrode vruchten.
Zeer goed aangenaam friszuur van smaak.
Deze framboos groet als een klein struikje en kan dus ook in pot. Ze heeft geen ondersteuning nodig. Je snoeit ze niet in het voorjaar, zoals herfstframbozen die op eenjarig hout vruchten maken, maar knipt in het najaar alleen de oude takken die hebben gedragen er uit.
De vruchten zijn zoet en aromatisch.
Letterlijk laaghangend fruit.
Tuinsnoep.
Een van de beste rassen van het moment. In de professionele teelt, met name biologisch het standaardras.
Zeer productief, ziekte resistent.
Aromatische niet te zoete langwerpige vruchten. Stevig en makkelijk te plukken.
Oogst vanaf juli.
Valentina Orange is een zeldzame, rijk dragende, gezonde zomerframboos met een bijzondere kleur. De smaak is mild en zeer zoet met een klein zuurtje.
Oogst vanaf begin juli.
Zomerframbozen dragen op tweejarig hout. Je knipt er dus in de winter de oude afgedragen takken tot de grond tussenuit.
Plantafstand aan draad: 3 planten per m1.
Erg fraai bij je dessert.
Miraculeus wat je allemaal kunt kruisen, deze ontstond in 1979 in Schotland als kruising van framboos met loganbes (R. x loganobaccus).
Ze is zoeter dan loganbes en heeft een sterke aromatisch smaak.
Groeit als een braam, met kleine pijnloze doorntjes.
Deze kruising van een wilde Amerikaanse framboos met de gewone is een spectaculaire doorbraak. Ze heeft een bijzondere, wat rokerige harsachtige sterk aromatische smaak en bevat, zoals de donkere vruchten verraden, veel anthocyaan. Zeer gezond en lekker dus. Het is een verbetering van 'Black Jewel' vanwege betere smaak, meer opbrengst en omdat ze als herfstframbozen op eenjarig hout draagt. In het voorjaar knip je haar dus tot de grond terug. Ze rijpen in augustus / september.
Daar is weer zo'n gekke ingewikkelde kruising. Helemaal duidelijk is haar genetische oorsprong niet. Dat is een vraag voor D. Jennings van het het Scottish Crop Research Institute waar ze in 1988 werd gevonden.
De paarse vruchten rijpen in de eerste helft van juni.
Qua smaak houdt ze het midden tussen braam en framboos. De vruchtjes zijn relatief klein. Ze is doornloos, maar niet bijzonder ziekteresistent, dat hoeft bij braambozen geen probleem te zijn.
Een framboos mag je dit misschien officieel niet noemen. Maar ze zijn nauw verwant, groeien hetzelfde en vragen dezelfde verzorging als zomerframbozen. Vruchten komen aan het tweejarig hout. Je snoeit dus afgedragen oude takken tot de grond weg.
'Black Jewel' is zeer ziekteresitent en geeft een grote opbrengst aromatische vruchten.
Bijna een onkruid dat zich in onze vuurborder verplaatst via doorgebogen takken die steeds weer aanwortelen.
Je kunt ze natuurlijk ook netjes aanbinden en in toom houden.
Helemaal probleemloos.
Maar vooral heerlijk en prachtig met fijne rode haartjes op de stengels en de wit viltige onderkant van het blad. De bloemen en vruchten zijn net bloemstukjes.
Heerlijke sierstruik.
Een klasse apart; de kruising van Californische braam (R. ursinus), framboos en loganbes. Rudolph Boysen maakte deze kruising in 1923.
Zachtzure bijna zwarte vruchten.
Ze groeit als een braam, maar dan doornloos en smaakt als een braamboos.
Aanbinden.
Rechter James Harvey Logan experimenteerde omstreeks 1880 in zijn tuin in Santa Cruz met het zaaien van wilde bramen (Rubus ursinus). Enkele van zijn zaailingen bleken kruisingen tussen braam en framboos te zijn.
Loganbes draagt op tweejarig hout. Je snoeit dus elk jaar afgedragen takken tot de grond. Ze heeft niet-agressieve stekeltjes.
De bessen rijpen van augustus tot september en zijn zoet-zuur, lekker fris dus.
De doornloze kruising tussen Californische berenbraam (R. ursinus) en framboos. Vruchten ongeveer 3x zo groot als frambozen.
Snoei: afgedragen takken verwijderen.
Plantafstand: 50 cm in de rij.
Pluk: juli-september
Opmerkelijk sterk van smaak.
Heerlijk, een soort wonderfruit.
Hier gaat het alleen om de bloembodem want bloemblaadjes ontbreken. De schutbladen nemen die rol over in het groen. Wat overblijft is de conische zwarte bloembodem met een groen kransje en dat wordt in onze borders meestal heel leuk gevonden.
Bloemschikkers worden hier heel hebberig van.
Subtiel, maar dus niets mis mee.
Deze fantastische recente vondst van Rolando Uria, de rood-roze variant van 'Amistat', heeft fuchsia-rode bloemen uit zwarte knoppen.
Ook deze komt uit warme streken en is het randje winterhard. De kans dat ze in de volle grond overleeft is groot.
De bloemen verkleuren onder invloed van de temperatuur en laten soms wat paars zien.
Iedereen houdt van haar, dus ze zal net als 'Amistad' wel weer snel uitverkocht raken.
Wow paars, deze kruising van Salvia guaranitica x S. gesnerifolia uit Argentinië.
Zwarte knoppen en donker paarse bloemen.
Eindeloos en rijk bloeiend.
Ze is wat op het randje, dus eventueel in een pot planten die in de koude kas of garage gemakkelijk overwintert. Waaghalzen laten ze ook wel met succes in de volle grond. Dat doen we zelf natuurlijk ook.
Een moet hebben salie.
Deze bijzondere blauwe met grijs-groen blad heb ik gekregen van onze vrienden van Tuingoed Foltz. Het is hun eigen selectie vernoemd naar hun tuinvriendin Audrey.
Ze hoort thuis in het genre half winterharde Amerikana's. Best in pot dus, maar daar ook wel heel dankbaar en makkelijk te overwinteren op een beschutte plaats waar het maximaal 10 graden vriest.
Ik heb een sterk vermoeden van Salvia coahuilensis bloed:
Blauw bloed welteverstaan.
Gekregen van Alexandre Tramier die in de buurt van Orange een fantastische collectie Salvia kweekt.
de Morro de Corcovado is een 710 meter hoge granietbult berg in Rio de Janeiro met als bijnaam; de gebochelde. Corcovado heet ook het prachtige Nationaal Park in Costa Rica.
Deze Salvia is heerlijk van kleur. De romig roze bloemen contrasteren aangenaam met de donkere stelen. Halfwinterhard dus op beschutte plekken kans op buiten overleven.
'Hercules' is net zo'n geval als 'Gea Viola': Het is niet Diederik z'n kleur maar ik ben er dol op.
We komen hier wel uit, maar mogelijk vergt dat nog jaren selecteren. Voorlopig vind ik dit een kanjer, vooral wat de bloemen betreft.
Microphylla type, dus voor de zekerheid in pot en beschut overwinteren.
Iets geks, bijna een Oostenrijkse Geranium voor in pot. Zomaar gevonden in een boeketje dat Poetsvrouw Alta Gracia uit Oaxaca (Mexico) voor haar baas Richard Turner (de bekende botanicus) had meegenomen.
Zou redelijk winterhard zijn met een rode waas op het blad in de winter. Dus ook in de volle grond proberen. Flink terugknippen in het voorjaar. Lekker bossig.
De bloemen worden soms helemaal wit of helemaal rood afhankelijk van de temperatuur.
Sinds 2016 in onze collectie maar in 2022 voor het eerst in ons sortiment vanwege een oplevende Salvia guaranitica passie. Ze staan allemaal in onze Salvia border waar ze het geweldig doen. 'Jean's Jewel' werd door Kathleen Navarez gevonden in de Salvia tuin van het Cabrillo College en door onze Salvia vriend Frank Fischer naar Europa gebracht.
Tot nu toe prima winterhard bevonden.
Heerlijk grote bloemen in een snoepjeskleur.
Deze heeft zeer grote bloemen met een bijna witte onderlip aan een mooie bolronde compacte plant.
Na jarenlang s
electeren op winterhardheid kunnen we langzaam dit type Salvia, verwant aan Salvia microphylla, ook als winterhard gaan aanprijzen. Maar het blijven natuurlijk fantastische potplanten.
Het is een van de beste vondsten van Diederik tot nu toe, door ons in 2017 geïntroduceerd.
Dit is een boom van een salie, tenminste binnen het microphylla type.
Een van de beste selecties van Diederik uit winterharde vormen en door ons in 2017 geïntroduceerd. Ze staat al sinds 2012 in de volle grond en blinkt dus uit door haar winterhardheid en vormt door de jaren een houtige stam.
Ze heeft zeer grote aansprekende bloemen en groot blad.
Een schaamteloze nieuwe zaailing van Salvia 'Shame' met grote ronde zacht maar intens roze bloemen.
De groeiwijze is tamelijk opgaand.
Gevonden door Diederik, dus hoewel officieel half winterhard best kansrijk in de volle grond.
De grote zus van Salvia 'Waverly', beide zijn waarschijnlijk kruisingen van Salvia leucantha x Salvia chiapensis.
'Phyllis Fancy' is het meest indrukwekkend. Ze werd gevonden in het Arboretum van Santa Cruz en vernoemd naar Phyllis Norris
Heerlijke romige violet-witte bloemetjes aan lange inkt-paars behaarde stelen.
Ze heeft bij ons haar eerste winter in de volle grond prima overleefd. Je kunt er natuurlijk ook een potplant van maken die je in een koude kas of garage overwintert.
Deze kruising van Salvia guarantica x Salvia orbingnaei is geselecteerd in Argentinie door Rolando Uria en Francisco Lozano en in 2022 geïntroduceerd op de Chelsea Flowershow.
Het is een compacte vorm met het uiterlijk van Salvia guaranitica. Ze zou nog iets winterharder zijn dan de originele 'Amistad' die we hier samen met de rest van de guaranitica's succesvol in de volle grond laten overwinteren.
Weer een vriend erbij.
Er is veel beweging op het Salvia guaranitica front. De grenzen worden voortdurend verlegd. In 1996 hadden we de fantastische 'Argentine Skies', 'Blue Enigma' en 'Purple Majesty'. In 1912 legde 'Amistad' de lat nog hoger en in 2019 waren we verbluft over 'Amante'. Ze zijn zo populair dat we er nooit genoeg van hebben. 'Rockin' Deep Purple' uit 2020 is nog wat compacter en bloeit nog wat uitbundiger en langer.
In strenge winters afdekken met vliesdoek, stro of sparrentakken, of in pot houden.
Een zaailing van Salvia 'Red Velvet' gevonden door Diederik Riethorst in 2000. Door ons geïntroduceerd in 2002.
Subliem van kleur, rijkbloeiend. De grote donkere konings-rode bloemen zijn spectaculair.
In hetzelfde jaar op twee tuinbeurzen in voor- en najaar onderscheiden als beste plant van de show.
Met algemene instemming dus; de beste rode, een non stop show.
De belangrijkste sierwaarde vormen de prachtige grote zwaar grijs-behaarde rozetten. Het tweede jaar wordt het blad wat minder grijs en verschijnen er stengels met grote witte bloemen. Gertrud Jekyll adviseerde de bloeistengel weg te knippen om het grijze rozet te houden. Maar dat is onzin. De bloemen zijn al even fabuleus als het blad
Ze gedraagt zich bij ons meestal als tweejarige, maar kan volgens sommigen tot 30 jaar oud worden.
Het blauw van deze late bloeier is van ongekende schoonheid. Het grijs-groene smalle blad draagt daar aan bij. Een van mijn favorieten vanwege de aangename kleurstelling. De plant heeft tegen het einde van het seizoen soms wat steun nodig en moet absoluut in de volle zon staan om rijk te kunnen bloeien. Salvia azurea lijkt een beetje op de nog hogere Salvia uliginosa. Het blad van Salvia azurea is smaller, bijna lijnvormig met een grijze waas. Winterhard, voor een droge zonnige plek.
Fijnbladige soort uit Mexico, met kleine diep donker blauwe bloemetjes.
Lang en rijk bloeiend halfrond struikje.
Halfwinterhard, dus de meeste winters buiten net niet overlevend.
Prachtig in pot, bijzonder van kleur.
Deze opmerkelijke recente introductie met geveerd blad is in omloop als Salvia nemorosa. Het blad verraadt echter dat dit gekruist is met de Joegoslavische Salvia jurisicii. En dat was een bijzonder goed idee van de vinder, Jan Kraan. Haar habitus is wat compacter, minder los, dan Salvia jurisicii. Salvia nemorosa bloed lijkt qua textuur dominant. Ze bloeit vroeg en kan herbloeien wanneer je haar na de eerste bloei terug knipt.
Leuke nieuwigheid.
Deze opmerkelijke recente introductie met geveerd blad is net als haar zusje flamingo in omloop als Salvia nemorosa. Het blad verraadt echter dat dit gekruist is met de Joegoslavische Salvia jurisicii. En dat was een bijzonder goed idee van de vinder, Jan Kraan. Haar habitus is wat compacter, minder los, dan Salvia jurisicii. Salvia nemorosa bloed lijkt qua textuur dominant. Ze bloeit vroeg en kan herbloeien wanneer je haar na de eerste bloei terug knipt.
Leuke nieuwigheid.
Dit soort Salvia uit de Microphylla groep zijn meestal half winterhard. Dat betekent dat ze een strenge winter niet overleven in de volle grond maar makkelijk een tijdje -10 verdragen. In pot zijn ze dus makkelijk te overwinteren.
Deze heeft een heerlijke kleur en bijna zwarte stelen.
Ze lijkt op 'Nachtvlinder' maar heeft iets grotere bloemen.
Dit is de sensatie van 2019, deze uitzonderlijke nieuwe tweekleurige Salvia.
Ze is 'gevonden' door een amateur veredelaar uit Norfolk waar we nog veel meer moois van mogen verwachten.
In een flinke pot heb je er de hele zomer plezier van. Ze verdraagt tot ongeveer -12 en maakt dus ook in de volle grond een kans.
'Hot Lips' was blijkbaar zo'n succes dat ze nu allemaal zusjes blijkt te hebben in een net even iets ander kleurtje. Ze kunnen allemaal onder invloed van de temperatuur soms helemaal wit of helemaal roze-rood worden. Dat komt vanzelf weer goed. We durven ze inmiddels ook in de volle grond te planten omdat ze tenminste -11 verdragen. Ze worden dan zo geweldig dat we het risico van een strenge winter op de koop toe nemen.
Een kersenkus.
Eindelijk terug van weggeweest; deze heerlijk zachte hoge hemelsblauwe.
De bloemen zijn 2-3 cm lang aan lange aren.
Ze bloeit vanaf juni door tot de eerste vorst. Salvia guaranitica is een plant die na jarenlange ervaring gewoon winterhard durven noemen. Ze sterft in de winter tot de grond af, de wortelknollen kunnen veel hebben. Maar ze doet het ook goed als potplant.160
De verbeterde 'Black & Blue' van Blooms is compacter, iets minder hoog en bloeit iets eerder.
De stelen zijn net zo zwart.
Een half winterharde plant die zeker tot -10 verdraagt. In pot overwinter je ze dus gemakkelijk in een koele donkere ruimte.
Met iets meer moed overwinter je ze ook in de volle grond misschien wel met succes.
Deze reus werd als zaailing gevonden in een Belgische tuin en in 2019 geïntroduceerd. Ze lijkt erg op 'Black & Blue' maar is nog groter en heeft nog iets zwartere knoppen en stelen.
Er zijn veel Salvia die uitstekend winterhard zijn maar de meest spectaculaire zijn soms op het randje. De kans op succes is voor deze redelijk groot, net als de plant. Ze sterft in de winter tot de grond af en kan dus worden afgedekt. Maar ze mag ook in pot.
Ik was al groot fan van Salvia guaranitica toen we ze nog binnen overwinterden. Nu blijkt dat ze de winter in de volle grond goed doorstaan ben ik helemaal in mijn nopjes. Ze staan allemaal in onze Salvia border en doen het daar fantastisch.
'Purple & Bloom' is een compacte vorm, net als 'Black & Bloom' en kan dus ook in pot.
Ze bloeit zeer rijk en lang aan donkere stelen.
Officieel half winterhard maar zeer kansrijk in de volle grond.
Ik ben niet de enige fan van Guaranitica salie. Ze raken altijd snel uitverkocht.
Het zijn grote planten met grote bloemen, op een enkele dwergvorm na. Hoewel ze oorspronkelijk uit Zuid Amerika komen zijn de meeste hier redelijk winterhard. De Rockin' serie is recent geselecteerd op vroege bloei en compacte groei.
Sky Blue wordt maar ± 85 cm. Het contrast tussen de bijna zwarte stelen en heldere bloemen is fantastisch.
Groot en indrukwekkend met lange bloeiaren waaraan diep paarse bloemen uit zwarte knoppen komen. Kruising van Salvia guaranitica met Salvia gesneraeflora, ontstaan in Huntington botanische tuin, California, Kuipplant, verdraagt minimaal -10o C wellicht veel meer. We hebben ze jarenlang in de vollegrond gehad.
Deze Joegoslavische soort is een van de teerste en meest romantische in het geslacht met fijne kleine bloemetjes. (De kleinste bloemen heeft Salvia tillifolia.) Geveerd fijn grijsgroen blad, gemengde pastel kleuren, wit, roze of licht blauw, die vanzelf mooie combinaties vormen, wolken fijne bloemetjes.
Mag in de winter niet te nat staan. Winterhard, kortlevend.
Net als sommige Franse tijmen heeft Spaanse Salie dat grote beetje extra warmte in de geur.
Salvia lavandulifolia bloeit rijker dan Salvia officinalis, heeft smaller blad en is veel aromatischer, licht mentholachtig met een vleugje Eucalyptus. Verder lijken ze in alles op elkaar.
Alleen al voor de bloemen moet je deze planten, en dan ook nog voor je keuken.
Heerlijk toch, dat contrast van de donkere stengels en knoppen en een zomer lang rijk bloeiend met zoete roze bloemen.
Een schatje uit de microphylla /greggi / x jamensis groep die officieel half winterhard zijn maar onze mildere winters steeds beter doorstaan. Ze kunnen buiten hun blad verliezen en weer uitlopen. Helemaal veilig zijn ze in een pot in de koude kas.
Knip ze in het voorjaar terug en herhaal dat eventueel in ze zomer.
Ongezien uitplanten.
Op zoek naar de beste blauwe onder de half winterharde Mexicaanse Salvia kwamen we deze rijk bloeiende selectie tegen.
Het blauw is uitstekend we missen nog de donkere stelen waar we in eigen selecties voor kiezen. Maar het is een heerlijke potplant die makkelijk te overwinteren is. Steeds meer worden dit soort Salvia ook gewoon in de volle grond gelaten en overleven daar de winter, maar ik durf dat nog niet te beloven.
Het vliegend spul is er erg blij mee.
Ik snap het ook niet precies waarom we nu de aarde zo opwarmt opeens een plantaardige warmteminnaar moeten inzetten voor verkoeling.
Het is de allernieuwste witte. De witte Mexicanen die we tot nu toe hadden stelden soms teleur. Deze is veel beter, mooi compact, vol en rijk bloeiend.
Ik had hem misschien eerder 'Sombrero' genoemd maar het is een heerlijk ding.
Deze is opmerkelijk compact en sterk uitstoelend.
Een super dwergvorm met een felle kleur.
Kleiner kan niet, in geen 1000 jaar.
Dus hiermee zit je voorlopig goed als het kort moet zijn.
Ik vind hem vooral zo stevig.
Een tamelijk donkere jongen. Die misschien wat snel verbloeit.
Daarvoor compact en zeer rijk bloeiend, want die dingen gaan vaak samen.
Knippen zorgt wel voor herbloei.
De best verkochte vaste plant aller tijden is deze eerste van Ernst Pagels. Hierdoor kreeg hij waarschijnlijk de smaak te pakken.
Het verhaal gaat dat Karl Foerster een zakje zaad aan Pagels gaf met de mededeling: "Da, sieh mahl was drin steckt!" Ernst Pagels selecteerde 'Ostfriesland' uit de zaailingen. Niet alleen zegt dat iets over het zaad maar vooral toch ook over het selectief vermogen van Ernst Pagels.
'Ostfriesland' is een rijke bloeier.
'Plumosa' zoals ze meestal wordt genoemd heeft bloemaren die zo gevuld zijn dat de bovenkant van de plant een grote bordeauxrode dot bloemen is. Feitelijk zien we niet de bloemen maar de schut-, de kelk en de steunblaadjes.
Graag zo zonnig mogelijk en droog planten. Het zusje van deze, 'Schwellenburg', is iets meer opgaand en losser vertakkend, minder zwaar gevuld.
Er worden voortdurend nieuwe cultivars van Salvia nemorosa geintroduceerd. Zo veel zelfs dat het voor ons nauwelijks bij te houden is. Grootbloemig en compact is de laatste trend. (Van mij mogen het ook best grote planten zijn.) Deze werd in 2013 geregistreerd door André de Gruyter. Naar het schijnt heeft hij inmiddels ook een mutant gevonden met nog grotere bloemen. Het gerucht gaat dat die als 'Purple Paradise' zal worden geïntroduceerd.
Het zusje van 'Pußtaflamme'. De bloemen zijn minder zwaar, wat losser waardoor ze veel beter rechtop staan. Verder lijken ze nogal op elkaar.
Een zeer fijne en bruikbare kleur.
Plezant pluizig purper uit de Oost-Europese steppes.
Een nieuwe zeer lage die enige gelijkenis vertoont met 'Marcus'.
Ze zijn rijk en goed her-bloeiend.
Het is een verbetering van een verbeterde, uit een Amerikaans proefstation.
Serieuze concurrentie voor 'Marcus'.
Een donker dieptepunt.
Tot voor kort was 'Marcus' uniek als mini Salvia. Maar er nu is er ook deze dwerg in aangenaam roze uit purperen stengels en knoppen.
Bijzonder compact en laag. Een echte randjesplant.
Een geweldig dieptepunt zeg maar.
De trend is dwergvormen sinds Salvia 'Marcus' een groot succes werd.
Wij snappen dat niet precies, maar dit is er weer een.
Ik ben zelf dol op stoere planten, maar in een kleine tuin of kleine border wil je wel eens een randje vullen met lekker laag spul.
Daarvoor is deze sensationeel perfect.
Gedroomde oplossing.
Volgens mij is dit Salvia lavandulifolia. Ook na discussie met de vinder en naamgever Dr. Hans Simon, die veel respect verdient, blijf ik daarbij. We zijn samen met de zaklamp de donkere tuin van conferentieoord Grünberg in getogen om het te verifiëren.
Net als Salvia lavandulifolia dus: Heerlijk van geur en prima voor culinaire toepassing.
Je kunt beide zonder zaklamp bewonderen in onze lange zonnige salieborder.
Een bontbladige klassieker met romig geelgroen gevlekt blad. Ze wordt gemakkelijk mooi gevonden als randbeplanting langs een zonnig pad.
Ook prima geschikt voor keuken gebruik. Misschien iets zachter van smaak dan de gemiddelde gewone salie.
Meer een bladplant dan een bloeier.
Echte salie is voor veel mensen de houvast in dit grote en zeer diverse geslacht van ruim 900 soorten. Alleen al van deze ene soort kennen we zo'n 48 verschillende vormen. Eindelijk kunnen weer een bijzondere nieuwe variant aan deze soort toevoegen.
Snowflake heeft grijs geribbeld blad waardoor het lijkt alsof er een dun laagje sneeuw op ligt. Het gaat vooral om het blad, bloemen maakt ze maar weinig.
Ze is heerlijk aromatisch.
Een hele fijne sterke cultivar en nette plant met groot donkergrijs blad dat ook intact blijft bij ongunstig weer.
De bloemknoppen zijn roodachtig en steken daardoor scherp af tegen het grijze blad.
Bijzonder sterk en goed voor tuin en keuken.
Wit bloeiende salie is een compacte plant, iets minder hoog dan de rest.
Niet alleen erg aantrekkelijk, maar ook heel lekker voor bij de pasta.
Ze bloeit zeer rijk en lang en als de bloemetjes zijn uitgevallen blijven de groen160-gele calyxen nog lang sierlijk.
Je snoeit ze na de bloei (geduld, het houdt een keer op) diep terug, dan blijven ze lekker vol.
Vroeger was dat makkelijk je had een witte vorm en dan de twee blauwe: 'Cambridge Blue' en 'Oxford Blue' in de shirt kleuren van de roeiteams van die universiteiten. Deze is dan team Oxford.
Er wordt nog voortdurend gesleuteld aan deze makkelijk zaaibare soort die het eerste jaar al bloeit.
Ze overleeft niet in de volle grond, wel in een koude kas waar het af en toe -10 wordt.
Ze sterft bovengronds af in de winter en mag dan dus ook donker staan.
Een heerlijke potplant.
De grootste bloemen die je van Salvia mag verwachten en dan in het diepst donkerste blauw.
Ze verdragen tot 6 graden vorst en sterven in de winter af. Je kunt ze dus gemakkelijk in de kelder of garage donker overwinteren.
Voor een prachtige pot in je patio.
Naar verluidt gevonden door Piet Oudolf, als kruising tussen 'Amethyst' en 'Tänzerin'; beide niet de minste. Ik heb Piet dat zelf helaas nooit horen bevestigen.
Wel bewezen is uit onomstreden onafhankelijk onderzoek dus hoe dan ook correct:
Spectaculair grote bloemen en zeer rijk bloeiend.
De nieuwe Salvia pratensis lijken veel beter te herbloeien dan we gewend zijn. Knippen loont zich dus toch.
Deze heeft hele grote bloemen in een fantastische kleur aan donkere stelen.
Deze sterk opgaande vorm van de kruipende Salvia reptans is bij ons volledig winterhard.
Pat McNeal vond haar in het wild in de Davis Mountains, Texas, op 1200 meter. Ze groeit daar op droge doorlatende grond, maar is niet heel kritisch.
Ze heeft lange rechte stengels met smal, naaldvormig blad en bloeit relatief laat maar nog best lang in fantastisch cobalt-blauw.
Zet haar eens naast een Gaura.
Salvia ringens is een half verhoutende plant uit de Balkan waar ze tussen 500 en 1300 meter groeit. Op de berg Olympus komt ze voor tot 1900 meter.
Ze heeft gelobt bodembedekkend blad en tot 80 cm lange elegante bloeistengels die daar ver bovenuit steken met tot 4 cm grote bloemen.
Lastig te fotograferen en zeer bijzonder: Blad dat de bodem bedekt en en zeer lange luchtige stengels met grote bloemen.
Een super salie die naar de Goden reikt.
In bloei en vooral na regen, onder vochtige omstandigheden geurt ze sterk. Ze wordt dan ook geteeld voor de geurstoffen in mannen parfums, echt een mannengeurtje. Ooit merkte iemand terecht op dat de geur op die van keukenmeidenzweet lijkt. Vroeger was ze ook een ingrediënt in Muscat, een zoete wijn. Tweejarig, dus plant ze een winter voordat ze bloeien of vroeg in het voorjaar.
Prachtig tot diep in de herfst.
Een forse snelgroeiende en rijk bloeiende plant. Het blad is geurig, de bloemen zijn blauw met een witte vlek. Ze houdt zich lang staande maar kan aan het eind wat steun nodig hebben. Over de winterhardheid ontstaan soms discussies, maar ik kan er kort over zijn, bij ons in een normale winter probleemloos, soms raak je ze kwijt. In het wild staan ze op vochtige plekken. Ons land voldoet kennelijk prima. Misschien is er in de achterhoek en het noorden van het land wat winterdek van bladeren nodig.
Echt een leuke en aparte soort weer eens. Bloemen, klein en dof wijnrood verschijnen in grote aantallen, een kleurige wolk veroorzakend boven het grondstanding rozet met groot bijna rond blad. De kleur is een uitdaging aan uw combineer talent. Er zijn hele spannende denkbaar zoals bijvoorbeeld met Sanguisorba. Prima winterhard. Uit Oost Europa.
Wij zijn net als iedereen al jaren erg enthousiast over deze vondst van onze lieve vriend Frank Fischer. We hebben veel te lang gewacht, maar hier is ze dan.
Bij introductie in 2008 was het een spectaculaire kleurdoorbraak. De wat losse, stakerige groei werd voor lief genomen.
Misschien moet er nog aan verbeterd worden, maar ze blijft heerlijk.
Half winterhard, dus best in pot.
Salvia x jamensis is de kruising van S. microphylla x S. greggii. Ze komen uit het zuiden van de VS en Mexico en zijn bij ons op het randje qua winterhardheid.
We hebben een aantal eigen selecties die al jaren buiten overwinteren. Maar ze zijn ook erg geschikt voor potten omdat ze de hele zomer bloeien.
Dit is weer een hele nieuwe in een heerlijke kleur. Nog niet getest op winterhardheid.
De bekende 'Schneehügel' moet volgens de Duitsers eigenlijk 'Adrian' heten en dat stimmt uiteraard. Maar het blijft even aangenaam zuiver wit.
Tot de grond terugknippen voor je op vakantie gaat, voor herbloei bij terugkomst.
Voor een toefje wit.
Donker violet uit donker purperen knoppen.
Een veelgevraagde cultivar, vooral vanwege de bekendheid en de duidelijk beschrijvende naam, maar het blijft een zeer oki doki plant, hoewel bijna, toch net niet de aller donkerste, zoals de naam doet vermoeden. 'Viola Klose' is bijvoorbeeld al iets donkerder.
Verwarring alom, want het geeft me wat Salvia's 'Serenade's.
Dit is die ultieme nog niet zo bekende veldsalie die Piet Oudolf mij vele jaren geleden toonde.
Donkere rechte stelen luchtig roze bloemen.
Goed herbloeiend als je haar knipt na de eerste bloei.
Voorbij verrukkelijk.
Lijkt op 'Ostfriesland' maar dan veel hoger met roze kelkblaadjes en elegante lange aren, zoals de naam al doet vermoeden.
Knippen voor herbloei.
Een van de beste winterharde Salvia.
Vlier groeit als een onkruid maar mij werd ook al regelmatig verteld dat ze bliksem en andere boze krachten afweren. Bovendien is het tegenwoordig een superfood.
Als je toch al een eetbaar bossage wilde planten dan is deze Oostenrijkse selectie onmisbaar.
Wat ongelijk rijpend, maar zeer productief met grote bessen. Ook bijzonder sterk pigmenterend mocht je wol willen verven.
Grote zwarte zoete vruchten volgend op witte wolken.
Een van de beste productierassen, voor de bessen maar ook voor de bloemen. Gelijkmatig rijpende grote trossen met dikke bessen in september. Tot 25 kg per struik.
Gebruik de bessen met mate. Het sap is helder, zoet, aromatisch en mild van smaak.
Voor je limonade, beignets en sap.
Een van de beste selecties die in 'East Malling' werden ontwikkeld voor massale aanplant. Maar helaas nog steeds maar weinig aangeboden. Makkelijk zoals het bekende onkruid; vlier. En nog leuker; de bessen zijn zeer geschikt om wijn van te maken.
Maar dan met prachtig glanzend donker purper blad, de hele zomer.
Ook van East Malling afkomstig maar later geïntroduceerd dan 'Black Beauty'; want hoe later op de avond; hoe schoner het volk.
Nog glanzender blad en bovendien heel fijn ingesneden.
Je mag er lekker veel in snoeien, maar moet toch zeker rekenen op 1,5 bij 2 meter.
Voor grote besopbrengst kies je beter een van de vruchtrassen.
Meer mooi dan nuttig.
We genieten al vele jaren van Sanguisorba menziesii als weefplant in onze prairieborder. De rode accentjes zijn heerlijk.
Deze nieuwe selectie heeft grotere, meer 'fluffy' aren en een intensievere kleur. Ze zou ook nog eens veel langer kunnen bloeien, maar dat hebben we nog kunnen testen.
Een weinig spectaculaire plant maar extra leuk als vergeten keukenkruid vanwege de nootachtige smaak van het fijne blad.
Ze blijft bloeien met kleine borstelige bolletjes indien tijdens de bloei terug gesneden.
Het decoratieve blad bevat veel vit. C en kan ook worden gebruikt als sjabloon om poedersuiker op bijvoorbeeld een cake te strooien.
Een bijzondere onbekende vorm van bonenkruid met een verfijnd zoutig citroen-aroma. Geweldig als keukenkruid bij wat zwaardere gerechten zoals peulvruchten. Leg er ook een voorraadje gedroogd van aan want gedroogd is de smaak bijna nog beter.
Zeer rijk en lang sierlijk bloeiend in witte wolken.
Heerlijk en sierlijk in een.
Wat mij betreft vooral een plant die gewoon erg goed is in wat veel mensen van planten verwachten; het produceren van opvallende bloemen over een lange periode.
Gewoon een leuk ding dat niet zonder begeleidende planten kan maar het geheel wel op zekere momenten behoorlijk omhoog trekt.
De bloem past amper op de foto.
Ik heb Scabiosa lang onderschat. En misschien neig ik nu wel naar het andere uiterste en overdrijf een beetje als ik zeg dat geen plant zo makkelijk en zo lang bloeit en zo standvastig is.
Ik hoef geen reclame te maken, ze zijn erg geliefd.
Zet er wel iets heel anders naast, zoals een Veronica met haar spitse aartjes.
Een fijne eenvoudige plant met z'n speldenkussentjes bloemen en zeer lange bloei.
Voor niemand te hoog gegrepen. of te moeilijk.
Na de winter een beetje bijknippen is alle verzorging die ze vraagt. Voor je het weet bloeit ze alweer.
Geschikt voor beginners. Vergeten door gevorderden.
Net als 'Butterfly Blue' een makkelijke leuke plant met speldenkussentjes bloemen die zeer geliefd is bij bijen en vlinders.
Zonder haperen bloeiend tot de herfst.
De bloemen zijn zo'n 3,5 cm breed.
Speldenkussentje heten ze in het Engels.
Dit is de compacte, rijk bloeiende vorm van kleine plathoofd die normaal zo'n 80 cm wordt en daarmee nog niet half zo hoog is als de grote plathoofd; Cephalaria gigantea. Hans Kramer vermoedt dat dit eigenlijk Scabiosa ochroleuca var. webbiana moet heten. In het extreem natte jaar 2024 zagen we haar ook wel de 80 cm aantippen.
Het is een eindeloos bloeiend heerlijk, zelf uitzaaiend schatje voor je tuin waar vlinders, bijen en andere nuttige beestjes samen met jou enorm blij van worden.
Zo leuk die naam, alleen daarom al moest ik deze hebben.
Maar bovendien zeer geschikt in een droge border met een wat mediterrane uitstraling uit Siberië.
Donker olijfgroen blad en citroen- of kruisbes-, zo men wil, gele bloemen aan rode stelen.
Sterk en makkelijk.
Nooit gedacht dat we deze misschien wel allergewoonste plant ter wereld ooit nog zouden gaan vermeerderen.
Maar misschien is ze toch wat ondergewaardeerd. Rotsvast, zeer bijvriendelijk en vooral heel gemakkelijk
Mocht je daar aan denken, knip ze dan in mei nog een keer terug voor nog meer bloemen.
Nog steeds de donkerste.
We zijn er het eerste jaar dat we hem hadden ingevoerd uit Engeland om plat gevraagd. Voor wie hem nog niet zag; zelfs in de schaduw is 'Purple Emperor' bijna zwart. De donker rode schermen steken zelfs nog af tegen het vrij smalle blad.
Een vondst van Graham Gough die op de helaas opgeheven kwekerij Washfield werkte.
We kregen haar daar.
Een zeldzame inheemse plant die vooral voorkomt op droge zandgronden in combinatie met Thymus pulegioides. Ze is geliefd bij bijen en hommels en waardplant voor de apollovlinder (die alleen in de bergen voorkomt) en de in Nederland zeer zeldzame wolfsmelkuil.
De Nederlandse naam is afgeleid van het Franse 'triquemadame'.
Een oersterke, makkelijke plant die veel wordt gebruikt op groendaken. (ook op onze bijenstal) Eetbaar, bijvoorbeeld in salades.
'Newleaze Coral' heeft net als 'Childerley' een vrij lastig definieerbare kleur. Maar het mag hier gerust rood heten. Ook deze mini Lavatera heeft over een zeer lange periode massa's kleine bloemetjes die 's nachts sluiten.
Ze hebben beslist doorlatende grond nodig om lang te leven. Ze kunnen zelfs in een milde winter hun blad houden. In het voorjaar diep terugknippen.
Lieflijk subtiel en toch een stoere prairieplant.
Witgrijs wollig behaard blad met daarboven clusters wollige bloei stengels zonder zichtbare bloemen. De bloemen worden, net als bij een schapendoes de ogen, door het haar verbloemd.
Hele plant zwaar grijs viltig behaard.
Ik vind ze prachtig, zacht en effectvol.
Een rijk bloeiende zacht oudroze selectie van kwekerij Kabbes.
Opmerkelijk strak rechtopstaand.
Deze zeer betrouwbare gemakkelijke vaste plant vormt op den duur stevige pollen.
Pinky is een trotse betrouwbare kanjer die ik iedereen aanbeveel.
De woekerwoede van deze plant zet je naar je hand op de juiste plek. Ze moet ergens staan waar ze de ruimte heeft en geen kostbare planten onder de voet kan lopen. Dan blijft je blij met dit, en ik vertel het pas aan het eind, mooiste blauw dat er is. Een azuur-blauwe voorjaarszee van bloemen.
Later is het dankzij het goed dichtgroeiende blad een van de allerbeste bodembedekkers.
In het Duits: Beinwell naar een van de vele medicinale toepassingen. Het blad wordt ook gegeten en als meststof gebruikt. (Pas op: Het eten van grote hoeveelheden kan leverschade veroorzaken.)
Leg het blad in de voor bij aardappelen.
Verder is het een fijne onkruid onderdrukkende plant voor de hommels en bijen. Sommige insecten maken een gaatje in de bloem omdat hun tong te kort is om via de buisbloem bij de nactar te komen.
Als je ze maait lopen ze weer uit en gaan opnieuw bloeien.
Een soort Buxus maar dan aangenaam geurend en bloeiend en gezond.
Je mag ze naar hartelust in model snoeien, maar ik zou dat na de bloei doen. Ze vormen uitlopers waardoor ze snel dichte polletjes vormen. Zelfs droge schaduw verdragen ze nog prima.
Hun donkergroene glanzende blad houden ze ook in de winter. Je kunt er de heggetjes om je lavendelvakken mee maken als dat perse moet.
Mijn liefde voor Teucrium flavum ontstond bij onze eerste ontmoeting in een rotsige berm in de Ardèche. Deze vorm met haar bolle glimmend groene blad komt onze relatie alleen maar ten goede.
Ze is bladhoudend, ook bij ons en vormt tamelijk strakke bolronde pollen. Het blad heeft een subtiele kamfer eucalyptus geur.
Een glimmend schone, opgeruimde plant.
Wat mij betreft de absolute winnaar in de categorie geslaagde combinatie van blad- en bloemkleur, dit diep donker paarsblauw met verfijnd zilver blad. Het is een winterbloeier, net als rozemarijn, maar omdat het bij ons in de winter te koud is bloeit ze vanaf het vroege voorjaar tot diep in de zomer. Je snoeit haar dus niet in het voorjaar. Ze is een verbetering van de verbluffend mooie 'Azureum' met nog grotere bloemen.
Enig minpuntje: Ze mocht wat mij betreft anders heten. Ik denk aan 'Indigo'.
"Die belletjes, wat is dat?" Vraagt iedereen dan.
Heerlijke wolken elfachtige bloemen zijn het.
Het blad van deze vrij recente cultivar blijft nog langer mooi dan dat van tweelingzusje 'Elin' dat we al zo fantastisch vonden.
Heerlijk langlevend en groot spul.
Met trots kondigen wij aan uit Zweden: de gigantische. mijn favoriete soorten uit het geslacht bundelen hun krachten in deze plant; een kruising van T. flavum subsp. glaucum en T. rochebrunianum. 'Elin' wordt makkelijk meer dan 2,5 m hoog (niet meteen het eerste jaar) De bloemen zijn groot en heel zacht mauve. Het grijsgroen blad ontvouwt zich in het voorjaar antraciet-blauw. Dit alles opgehangen aan een forse bloem-paal zonder weerga.
Raak alsjeblieft nooit gewend aan dit soort revolutionaire nieuwe planten.
Heerlijk lichtgevend geel uitlopend blad in het vroege voorjaar. Het ziet er kwetsbaar uit maar loopt bij weer en wind krachtig uit. De plant stoelt snel uit en kan op den duur gedeeld worden en natuurlijk wilt u her en der deze lekker gele voorjaars toef. De bloemen komen in wolkachtige pluimen als het haar van de componist waar altijd bij wilde haren aan gerefereerd wordt. Een favoriet van Roger.
Deze kruiper heeft een minuscuul vleugje citroengeur. Hij werd geselecteerd uit Thymus serpyllum zaailingen, mogelijk met wat vreemd bloed.
Iets hoger en groeikrachtiger dan andere kruiptijm daardoor ook beter in staat onkruid te onderdrukken.
Geweldig rijke bloeier.
Een door onze lieve vriendin Margaret Easter, aka 'Mrs. Thyme' en Engelse NCCPG collectie houdster voor Thymus, als zaailing in haar tuin gevonden en door haar geïntroduceerde kruiptijm.
Zacht roze bloemetjes met een karmijnrood honingmerk.
Fijntjes, matvormend.
Door Margaret aanbevolen tussen stenen langs een pad.
Geen citroentijm, maar wel een zeker zo sterk naar citroen geurende bonte siertijm. Dus ook prima voor keukengebruik.
Fris geel-groen glanzend blad dat in de winter zelfs een beetje rood kleurt.
Geelbont, zodat je ogen je neus kunnen waarschuwen; citroen recht vooruit!
Best heel lekker ondanks de roddel over de tuinman en overspel als opmaat naar haar vondst.
Volledig plat, met lekker donkere bloemen en super sterk.
Rijk bloeiend en betrouwbaar.
Bezoekers die hem in onze tuin zien bloeien worden hier erg hebberig van. Dit is dan ook wellicht de beste plat groeiende tijm.
Het blad is in de winter donker purper.
(Op de foto met Origanum 'Kent Beauty'.)
Een platte, kruipende vorm van citroentijm die bijzonder rijk bloeit en geurende vaste tapijtjes maakt.
Nog nieuw voor ons, mogelijk identiek aan een soort met een andere naam die we wel goed kennen, want zo gaat dat vaak.
En het wat knullige plantjeslatijn bij ontvangst doet vermoeden dat er mogelijk enige verbastering heeft plaatsgevonden.
Een stevig dicht groeiend plat tijmpje met donkergroen glimmend blad.
Het lijkt er op dat het geen zuivere citroentijm is wat betekent dat hij sterker is maar ook inderdaad iets minder sterk naar citroen geurt.
We hebben Margaret (aka Mrs. thyme) nog niet gehoord over de monsterplant die we haar toezonden om te testen.
Betrouwbare plat groeiende bodem bedekkende tijm voor zonnige droge plekken.
Ze vormt een dichte zode met licht behaard wat grijzig blad. Makkelijke plant. De naam is wat omstreden maar hanteerbaar.
Een goede trouwe klassieker.
Heel verrassend, die sterke karwijgeur van deze. De plant groeit plat en bouwt zich een beetje op als een heuveltje.
De naam herba-baronne komt van the baron of the beef, vrij vertaald 'het lendestuk van het rund' verwijzend naar de traditionele toepassing van dit kruid. 'Caraway' is een toevoeging die niet echt nodig is, dit is de originele vorm en de geur is overduidelijk.
Makkelijk, pittig, heerlijk en ook geschikt voor vegetariërs.
Deze het sterkst van allemaal naar citroen geurende tijm is officieel geen citroentijm. De geur is precies die van citroenverbena of verveine (Aloysia triphylla).
En die ruikt meer naar citroen dan citroen zelf naar citroen geurt.
Sterk en makkelijk, zeer vol en bossig groeiend.
Vooral die Goddelijke geur is onovertroffen.
Ook deze ruikt naar citroen. De speciale groeiwijze maakt de plant bovendien heel geschikt als bodembedekker of om over een muur te laten hangen. Thymus longicaulis groeit heel snel en maakt zeer lange stengels (tot 1 m).
Thymus longicaulis verdraagt wat schaduw.
Wol-tijm heeft harig blad dat de plant een grijs-viltig uiterlijk geeft.
In de winter is het donkerder; een soort grijs-antraciet.
Het is een harde groeier. Over een muurtje kan ze heerlijk gaan overhangen. We hebben een pol in onze grijze border die wel 50 cm overhangt.
Op de juiste plek; droog en zonnig, een van de meest standvastige kruiptijmen.
Knuffeltijm.
Bloeirijke, donkere in Joegoslavië wild gevonden selectie van onze inheemse grote wilde tijm.
Bossig kruipend met groot glanzend, donkergroen blad en lange bloeiaartjes.
Als inheemse soort op zijn plek en vanzelfsprekend heel makkelijk, ze verdraagt zelfs wat schaduw.
Tijm zonder kapsones, eetbaar, maar niet echt lekker, wel prachtig.
Een nieuwe kruiptijm uit zaad met een wat fellere kleur dan de originele wilde.
Licht geurend en volledig plat groeiend.
Makkelijk spul mits het stevig vriest.
De platte uitvoering van 'Elfin', hoewel ook deze zich uiteindelijk in een bolletje omhoog kan stuwen.
Deze klassieke fijne kruiptijm, of looptijm. is een trage groeier met klein nauwsluitend blad. Een goede en betrouwbare strakke bodembedekker voor de volle zon.
Compact en plat, sterk.
Wollig, diep olijfkleurig blad en een feestelijke hoos van opvallende fris roze bloemen in juni.
Probleem kan zijn; de overdreven rijke bloei. Bij ongunstig (nat) weer willen ze zich nog wel eens bijna kapot bloeien.
Maar meestal herstellen ze zich prima na een regen opdoffer.
Bloemenfeest dus.
Als deze bloeit is het blad onder de bloemen niet meer te zien. De sneeuwwitte bloemen hebben liever niet te veel regen, dat is logisch.
Gelukkig voor de naar nectar zoekende insecten is deze schoonheid goed vast.
Als het weer een klein beetje meevalt is dit rijkelijk sneeuw voor de de zon.
Deze kwam uit Spanje verbasterd tot ons als; Thymus faustini en bleek volledig winterhard.
Het is de recent ontdekte kruising uit de streek van Murcia van waarschijnlijk T. mastichina subsp. mastichina met T. granatensis subsp. micranthus en dat is een spannende combinatie.
Vooral de matig winterharde mastichina is heerlijk en bijzonder van geur.
De geur van tomillo maakt mij gelukkig.
Borage bloemetjes uit Oost Europa, maar dan met leuk gekrulde slipjes aan de bloemblaadjes. Gedraaid zoals de propellertjes die we als kinderen op de kermis wonnen. Bloeit vroeg voordat het grote blad verschijnt. Bloem, blad en wortel worden in Turkije gegeten als 'aci hodan'.
Ze woekert een beetje met rhizomen, dus een goede bodembedekker zelfs voor droge schaduw.
Voor een rijk onbekomkommerd schaduw plekje.
Net als 'Emblue' een compacte bossige struik die ook in pot kan worden gehouden.
Matig grootvruchtig maar redelijk zelfbestuivend hoewel kruisbestuiving grotere vruchten geeft.
Een hybride ras met een zeer goede smaak ontstaan uit de kruising van Vaccinium corymbosum met Vaccinium angustifolium.
Klein maar fijn.
Deze kruising van Vaccinium ashei x corymbosum heeft een bijzondere kleur voor een bosbes. De klokjesbloemetjes doen mee met de grap en zijn ook leuk roze. Ze is uitstekend zelfbestuivend en zeer gezond. De bessen rijpen in augustus en smaken voortreffelijk fris zoet als een snoepje.
Ze houdt van humeuze licht zure grond.
Hier kun je echt indruk mee maken; roze blauwe bessen.
Een Amerkaans ras uit 1954.
Bijzonder grote, bedauwde goed bewaarbare vruchten met een aangename smaak.
Productief en droogteresistent.
Oogst: vier weken vanaf eind juli.
Amerikaanse bosbessen zijn geen bosbessen die het alleen op zeer zure grond goed doen. Ze verdragen ook onze Limburgse kalkgrond al jaren prima. Probleem is vooral dat ze stikstof alleen kunnen opnemen in pure vorm. Wij geven dat in de vorm van melasse korrels en mulchen met houthaksel.
Ze zijn zelfbestuivend en dragen goed.
'Bluegold' is een stevige groeier met middelgrote zoete bessen die in juli en augustus rijpen.
'Duke' is een professioneel vroeg rijpend en sterk groeikrachtig ras (USA 1987) onderscheiden met een Award of Garden Merit.
Ze bloeit laat, maar rijpt snel en regelmatig af met een goede kwaliteit grote vruchten.
Laat ze niet overrijp worden, dan kunnen ze te zoet en zelfs wat melig worden.
Een gemakkelijke ziektevrije struik. Goed zelfbestuivend voor oogst in juli.
Grote zoete vruchten, best vers van de struik gegeten, of tot maximaal na een week bewaren in de koelkast. Uiteraard behoren een luxe confiture of wijn ook tot de mogelijkheden.
Vanwege de bossige groei kan deze ook prima in pot. Liefst wat zuur, humeus en vochtig.
Grote rijkdom.
Bosbessen zijn niet alleen geweldig gezond en kostbaar fruit maar bovendien sierlijk vanwege hun vrolijke klokjes in het voorjaar, bessen in de zomer en vurige herfstkleur in het najaar. De bessen zijn groot, stevig en zoet-zuur.
'Heerma' is een laat ras. De vruchten rijpen vanaf half augustus tot eind september.
Snoeien is niet nodig, alleen af en toe oude takken wegknippen.
Zelfbestuivend, bodem tolerant en ziektevrij.
Deze compacte vorm geeft twee oogsten per jaar.
De eerste lichting bessen rijpt in juli-augustus. De plant blijft bloeien en draagt na een korte pauze met iets dikkere bessen door tot oktober.
Ze is goed zelf bestuivend en bestuift ook andere rassen.
Dit kleintje mag ook in pot.
'Sunshine Blue' is een blad houdende, laag blijvende, late blauwe bes met roze bloemen.
Ze is op jonge leeftijd wat gevoeliger voor strenge vorst en staat daarom het beste wat beschut.
De vrij kleine, zeer zoete vruchten rijpen in augustus.
'Sunshine Blue' is volledig zelfbestuivend, maar andere rassen in de buurt zorgen voor een grotere opbrengst.
Veenbessen groeien zodevormend, kruipend met tot 2 meter lange stengels. De vruchten zijn zeer rijk aan antioxidanten. Het is het wetenschappelijk bewezen wondermiddel bij blaasproblemen.
Ze vragen vochtige zure grond en zijn verder niet veeleisend.
Meestal verwerkt gegeten, als in 'cranberry sauce', jam, of sap.
Een superfruit.
Miss Cherry vormt een compact bladhoudend struikje dat sierlijk bloeit van mei tot juli en vanaf juli tot februari sierlijke helder glimmend rode zoet-zure bessen maakt in volle trossen. De bessen hebben een hoog gehalte aan antioxidanten en vitamine C. De plant is zeer winterhard en ziekteresistent.
Wel een beetje gedoe aangezien we kalkrijke grond hebben. Maar ze wortelt oppervlakkig, dus een dun laagje veen kan volstaan. In pot met zure grond kan natuurlijk ook.
Deze stinkt, maar het is een waardevolle heemplant voor vochtige plekjes waar nuttige insecten veel baat bij hebben.
Ik maakte er ooit preparaat van dat volgens Rudolf Steiner tegen nachtvorst zou beschermen. Een beetje raadselachtig en lastig te bewijzen of het echt werkt dus ik heb nog flesjes over.
We houden van haar omdat ze hier thuis hoort maar je maakt er geen sier mee.
Deze dwerg Verbascum is een kort levende vaste plant.
Bijzonder is het purperrode hart van de gele bloemen. Ze kan voorin je border of in potten gecombineerd met andere leukerds zoals Salvia in een gekke kleur.
Ze doet mij denken aan Verbascum chaixii. Ik heb niet kunnen achterhalen hoe verwant ze daar mee is.
Deze fijne luchtige toorts komt wild voor van Zuid Europa en Noord Afrika via Afghanistan tot Siberië. Ze staat in de winter niet graag al te nat, maar is ook bij ons volledig winterhard.
Vlinders en bijen zijn er dol op. 'Blatta' is latijn voor mot.
Het blad-houdende rozet is leuk gekroesd.
Tweejarig of kort levend, dus wel laten uitzaaien.
Niet echt helemaal mijn ding, maar om een of andere reden denk ik deze blauwe reuzin te moeten aanbieden.
Een makkelijke eenvoudige betrouwbare plant met paars-blauwe bloeiaren.
Voor schattige, niet zo stoere tuinen.
Eine liebliche Riesin.
Hoewel zo statig van naam blijf ik het van die liefjes vinden. De kleur van deze doet daar volop aan mee. Maar je kunt er in gekke combinaties met bijvoorbeeld oranje ook heel stoere dingen mee doen.
Of gewoon zo'n brave zachte Engelse border maken.
Vormt snel stevige pollen.
Een stevige plant met lange iets gebogen spits toelopende bloeiaren.
Lekker laat bloeiend.
Toch subtiel voor een reuzin.
Lange ereprijs komt in Nederland sporadisch voor op vochtige, niet te rijke rivieroevers. Tot 2017 was ze wettelijk beschermd maar het ziet er naar uit dat ze niet langer bedreigd is.
Het zijn makkelijke tuinplanten.
Als je van zacht roze houdt is dit je eerste keus.
Dit brave plantje kan van voor- tot najaar bloeien als je af en toe uitgebloeide aartjes wegknipt. Helder vibrerend, bijna lichtgevend violet blauw.
Deze kruising van Heather Philpott van Plant Haven heeft als een van haar ouders de Amerikaanse vaste plant van het jaar 1993; 'Sunny Border Blue' en werd dat zelf in 2001.
Uit een familie van koninklijke kaarsjes.
De ultieme prairieplant, zonder deze is het geen echte prairie.
Onverwoestbaar sterk en in dit geval ook nog compact en hartveroverend.
Vraagt totaal geen onderhoud. Helemaal niets als je de afgestorven delen in de winter laat wegwaaien en afbranden. Heb je niet zo'n hele grote tuin dan duw je de dorre takken even in de compost.
Stoer en lieflijk.
Hetzelfde onverwoestbare prairiespul in een zachter roze en wat lager.
Dat roze is hier zelfs een beetje fluoriserend.
Duidelijk lager dan de meeste van deze van de prairie afkomstige planten.
Sterk, betrouwbaar en zeer bruikbaar.
Echt een Victoriaanse hoornviool met meerkleurige bloemen en sterk geurend met een heerlijk parfum. De bloemen zijn wit met paarse aders en een klein geel honingmerk.
Zwaar geparfumeerd dus, deze dame.
Witte maartse viooltjes omdat dit lieflijke albinootje zo leuk opvalt in je schaduw hoekje.
Lieflijk en welriekend.
Alle bloeikracht wordt bij deze amerikaanse soort opgespaard voor een explosie in het voorjaar. Tijdens de bloei is het hartvormige blad nog niet volledig ontwikkeld. Na de bloei wordt dat veel groter en krijgt de plant het karakter van een stevige zodevormende bodembedekker die het ook in de schaduw prima doet. Eigenlijk bloeit de plant wel door maar, net als Viola odorata met cleistogame bloemen. Na het voorjaar vormt ze onder het blad meteen zaaddoosjes, dus zonder bloemen.
Een erg leuke bodembedekker die in het voorjaar vrolijk bladloos bloeit. Het glanzende hartvormige blad komt daarna en wordt met 25 cm hoger dan de bloemen.
Met vriendelijk verzoek om de sleutel van je tuinhek. In het voorjaar komen we namelijk even langs met een fijn penseel voor de donkerblauwe sproetjes. Service van de zaak.
Dit is mijn allereerste superplant ooit, gekregen van kruiden kwekerij 'Het Blauwe Huis'.
De bijzondere witte vorm is net zo aantrekkelijk voor bijen en vlinders als de gewone monnikspeper en heeft datzelfde sierlijk gesneden handvormig en geurige blad maar dan met een zilveren waas.
Ze kan in strenge winters wat invriezen. Maar herstelt zich daar prima van.
Atheense vrouwen zouden het blad in bed hebben gelegd om kuisheid te bewaren tijdens het feest van Ceres. Nog steeds is ze in gebruik als medicijn ter regulering van de geslachtshormonen huishouding.
Als monnikspeperfan kan ik het niet laten er een compleet sortiment van te vermeerderen. Nadat we op Kreta door heerlijke geurende Vitex bossen hebben gewandeld ben ik helemaal verkocht.
Inmiddels hebben we er heel wat in onze tuin die het allemaal prima doen.
Deze roze vorm kom je maar zelden tegen.
Snoei ze net als Buddleja in het voorjaar.
Dit is een van mijn favoriete mediterrane planten. Ze is betrouwbaar, heeft historie, is geneeskrachtig, heeft geweldig handgeveerd blad en een fantastisch diepe bloeikleur.
Deze ondersoort 'latifolia' is extra intens van kleur. Ze staat al vele jaren in onze tuin. De punten vriezen soms wat in, maar je moet ze toch elk voorjaar terugsnoeien. Als bij vlinderstruik, maar iets minder diep.
Iedereen is dol op haar.
Japanse blauwe regen bloeit pas tegen het einde van het voorjaar en windt linksom.
'Okayama' heeft sterk geurende 10 tot 15 centimeter lange bloemtrossen in een heerlijke kleur.
Onderscheiden met een Award of Garden Merit.
Snoeien doet Wisteria bloeien.
Silk heet ze vanwege het grijs behaarde jonge blad. De trossen aan korte steeltjes worden zeer lang.
Met wat steun van een stok kun je er ook door op de gewenste hoogte te toppen een boompje van maken dat je elk jaar na de bloei flink terug snoeit. Dit boompje kan zelfs in pot.
Tegen een muur bind je haar aan op de gewenste hoogte.
Planten beschrijven die met een 'W' beginnen is altijd nachtwerk.
Gelukkig betreft het deze keer een makkelijke bloeier en een bekende klimmer.
Ze staan in knop terwijl ik dit schrijf.
Beste moment om een Wisteria te planten is 100 jaar geleden. Het op op een na beste moment is nu. En deze bloeit meteen.
Relatief vroeg bloeiend met bloemtrossen van 30 tot 50 cm in een heerlijke roze gerand wit.
Ook hier kun je een boompje van snoei voor de volle grond of in pot. Bind de plant daarvoor aan, top op de gewenste hoogte en snoei elk jaar stevig in.
Liefst warme muren van 3 tot 10 meter hoog bedekt ze ook zonder problemen.
Geurende diep gekleurde bloemen in tot 40 cm lange trossen.
Voor een warme muur, liefst wit zoals je ze bij Waterloo ziet, bijna huis aan huis.
Bloeit nadat het blad is uitgelopen.
Fantastisch geurend, heerlijk van kleur en fris groen blad in het voorjaar.
Blauwe regen staat graag in voedzame voldoende vochtige, wat vochtige grond.
We zagen stokoude exemplaren met enorme knoestige stammen, onder andere in het Alhambra.
Blauwe regen staat graag in voedzame voldoende vochtige, wat vochtige grond.
Ze kan dan geweldig groeien en stokoud worden.
Deze maakt de grootste, wel 60 cm lange bloemtrossen en kan tot 10 meter hoog worden.
Ze geurt net zo heerlijk als violen.