Deze wilde roos uit Oost Azië komt in Nederland verwilderd voor. Ze kan als struik 3 meter hoog worden of wanneer ze steun vindt tot 5 meter klimmen. Als struik maakt ze doorbuigende met 1 tot 2 cm grote bloemen in trossen. In het najaar maakt ze kleine oranje rode botteltjes.
Een heerlijke ziektevrije roos voor wat grotere natuurlijke tuinen.
Een snelgroeiende nieuwe cultivar.
Lekker dik blad, bossige plant.
Robuust in de tuin, productief genoeg voor de zware gebruiker.
Deze rozemarijn behoort tot een bijzondere buitencategorie vanwege de heerlijke fruitige geur en het fijne zachte smalle naaldvormig blad
'Benenden Blue' heeft als synoniem 'Collingwood Ingram' naar de vinder, die ook wel 'Cherry' werd genoemd vanwege zijn passie voor kersenrassen. We traden zowel op Engeland als Corsica in zijn voetsporen.
Het verhaal over de aanrijding van Cherry en zijn chauffeur op Corsica past hier helaas niet.
Een heerlijke diep blauwe kleur heeft deze plat groeiende vorm met licht gebogen takken.
De kruipende vormen, zoals daze bloeien veel rijker en ook vaak al voor de winter.
Daar staat tegenover dat ze misschien iets vorstgevoeliger lijken te zijn.
Ideaal voor een hoge pot waarin ze elegant over kunnen hangen.
Een van mijn favoriete kruipende rozemarijnen omdat we er lang geleden zo'n heerlijke pot vol van hadden.
Zo'n pot overwinter je het beste in de koude kas.
De geurige takken worden zo'n 30 tot 40 cm lang en staan breed uit tot ze gaan hangen.
Het dauw van de zee dat als blauwe regen over de rand van je pot stroomt.
'Boule' was een van mijn eerste kruipende rozemarijnen, zo'n 25 jaar geleden gevonden in Zuid Frankrijk.
Lijkt qua diep blauwe kleur sterk op 'Corsican Blue' maar met een iets andere groeiwijze.
Haar takken zijn gebogen en het jonge hout is grijzig wit waardoor ze een regelmatige grijze bol vormt.
Kruipende vorm die tot een meter lang en breed kan worden.
Zeer volle bossige plant met fijne naalden die snel een pot vult.
Fantastisch die enorme watervallen van rozemarijn zoals je ze in zuid Frankrijk ziet. Bij ons doe je dat beter in pot.
Nog een kruipende vorm met fijn krullende takjes, korte naalden en metaal blauwe bloemen.
Prima voor de keuken en zeer leuk in pot.
Kruipende vormen zijn, ik zeg het nog maar een keer, wat minder winterhard dan opgaande. Maar je kunt het altijd proberen ze buiten te laten overwinteren.
De meest aromatische rozemarijn die we kennen. De takken zijn in de zomer plakkerig van de hars. Snelgroeiend stijf recht omhoog en daarna onder eigen gewicht soms doorbuigend.
Misschien iets vorst gevoeliger dan de meeste opgaande.
De plakkerigste en geurigste.
De bekende schrijver van plantenboeken E.A. Bowles kreeg deze rozemarijn als stekje van zijn buurvrouw Euphemia en heeft de kloon naar haar vernoemd. Ze ruilden wel vaker zaden en stekken.
Het blad is grijzig groen en ze heeft kleine metaalblauwe bloemen.
Iets winterharder dan de meeste.
Een terecht bekroonde cultivar voor tuin en keuken.
Moraal: Koester je buuv.
Een sterk vertakkende maar stevig opgaand en snel groeiende selectie uit de natuur met breed blad.
Ze lijkt extra sterk en gezond omdat ze al het een ander aan vervelend vochtig weer beter leek te verdragen dan de rest.
Even heerlijk als keukenkruid.
Deze kruipende vorm groeit vrij snel kronkelend omlaag en bloeit rijk in voor en najaar.
Vorstbestendig tot zeker -10o C. Bij strengere vorst luchtig afdekken. Dat is jarenlang niet nodig geweest tot de winter van 2009 een einde aan de droom maakte. In 2013 hebben we de draad weer opgepakt met een winter die ze allemaal moeiteloos overleefden.
Worden het nu weer van die lekker grote struiken?
Dwergvormen zijn erg populair omdat ze het ook mogelijk maken fruit te kweken in een kleine tuin of op je terras. Bramen kunnen nogal stevig groeien en de lekkerste rassen hebben doorns. Daar heeft deze helemaal geen last van. Het is niet alleen een dwergje zonder doorns de bramen zijn heerlijk zoet-zuur.
Deze is bovendien doordragend. Vanaf begin juli tot de eerste vorst kun je hiervan snoepen. Als je de plant diep terugknipt in het voorjaar rijpen de eerste vruchten in augustus.
Deze doornloze kruising tussen braam en framboos geeft al vanaf half juni vruchten aanzienlijk vroeger dus dan bramen. Goed rijp zijn ze zeer aromatisch en geschikt om vers te eten of voor verwerking.
Ze draagt op tweejarig hout, dus je snoeit in het najaar of vroege voorjaar de oude takken tot de grond terug. Ze maakt lange takken dus je teelt haar het beste aan draad. Twee planten per strekkende meter is dan voldoende.
'Autumn First' is een Zwitserse verbetering van de klassieke 'Autumn Bliss' met betere ziekteresistentie en smaak.
Herfstframbozen worden uiterlijk maart tot de grond terug geknipt voor oogst van begin augustus tot eind september. Vanwege de late rijping hebben ze geen last van de larven van de frambooskever.
Je plant ze in rijen aan draad op 30 tot 40 cm van elkaar. Tussen de rijen houden we 120 tot 150 cm afstand.
'Autumn First' is de vroegste herfstframboos.
Valentina Orange is een zeldzame, rijk dragende, gezonde zomerframboos met een bijzondere kleur. De smaak is mild en zeer zoet met een klein zuurtje.
Oogst vanaf begin juli.
Zomerframbozen dragen op tweejarig hout. Je knipt er dus in de winter de oude afgedragen takken tot de grond tussenuit.
Plantafstand aan draad: 3 planten per m1.
Erg fraai bij je dessert.
Daar is weer zo'n gekke ingewikkelde kruising. Helemaal duidelijk is haar genetische oorsprong niet. Dat is een vraag voor D. Jennings van het het Scottish Crop Research Institute waar ze in 1988 werd gevonden.
De paarse vruchten rijpen in de eerste helft van juni.
Qua smaak houdt ze het midden tussen braam en framboos. De vruchtjes zijn relatief klein. Ze is doornloos, maar niet bijzonder ziekteresistent, dat hoeft bij braambozen geen probleem te zijn.
Een grote zonaanbidder met donker gele bloemen. Het dikke blauw-grijze blad heeft sierwaarde voor bijvoorbeeld een grijze border. De bloemen hebben een opvallend zwart, kogelvormig hart en afhangende donkergele bloemblaadjes. Slakken zijn er dol op. Zet ze op een stoffige plek in de zon.
Hier gaat het alleen om de bloembodem want bloemblaadjes ontbreken. De schutbladen nemen die rol over in het groen. Wat overblijft is de conische zwarte bloembodem met een groen kransje en dat wordt in onze borders meestal heel leuk gevonden.
Bloemschikkers worden hier heel hebberig van.
Subtiel, maar dus niets mis mee.
Deze fantastische recente vondst van Rolando Uria, de rood-roze variant van 'Amistat', heeft fuchsia-rode bloemen uit zwarte knoppen.
Ook deze komt uit warme streken en is het randje winterhard. De kans dat ze in de volle grond overleeft is groot.
De bloemen verkleuren onder invloed van de temperatuur en laten soms wat paars zien.
Iedereen houdt van haar, dus ze zal net als 'Amistad' wel weer snel uitverkocht raken.
Wow paars, deze kruising van Salvia guaranitica x S. gesnerifolia uit Argentinië.
Zwarte knoppen en donker paarse bloemen.
Eindeloos en rijk bloeiend.
Ze is wat op het randje, dus eventueel in een pot planten die in de koude kas of garage gemakkelijk overwintert. Waaghalzen laten ze ook wel met succes in de volle grond. Dat doen we zelf natuurlijk ook.
Een moet hebben salie.
Deze bijzondere blauwe met grijs-groen blad heb ik gekregen van onze vrienden van Tuingoed Foltz. Het is hun eigen selectie vernoemd naar hun tuinvriendin Audrey.
Ze hoort thuis in het genre half winterharde Amerikana's. Best in pot dus, maar daar ook wel heel dankbaar en makkelijk te overwinteren op een beschutte plaats waar het maximaal 10 graden vriest.
Ik heb een sterk vermoeden van Salvia coahuilensis bloed:
Blauw bloed welteverstaan.
Blauw is bij herfstsalie een wonder maar het lukt steeds beter en vooral aangenaam zachtblauwe kruisingen te selecteren zoals 'So Cool Pale Blue' en nu deze van Jan Debusschere.
Het is een sprookje. Bijna lichtgevend zo helder is deze kleur.
Nu zijn wij weer aan de beurt. Binnenkort introduceren we 'Super Pixels'.
Voorlopig genieten we nog volop van deze sprankelende splinternieuwe heerlijkheid.
Dit snoepje is ook een van die fijne introducties die ons sortiment in 2019 verrijken.
Dysons maakte een kruising van een onbekende soort met een Salvia uit de Micophylla groep en vond zo deze compacte stralende nieuwigheid.
Salvia uit de Micophylla groep zijn half winterhard maar kunnen de meeste winters op een beschutte plek in de volle grond overleven. Ze verdragen tenminste -10.
'Hercules' is net zo'n geval als 'Gea Viola': Het is niet Diederik z'n kleur maar ik ben er dol op.
We komen hier wel uit, maar mogelijk vergt dat nog jaren selecteren. Voorlopig vind ik dit een kanjer, vooral wat de bloemen betreft.
Microphylla type, dus voor de zekerheid in pot en beschut overwinteren.